Eindbod over WW
De kroonleden binnen de Sociaal-Economische Raad (SER) hebben de vakbonden en de werkgeversorganisaties een eindbod voorgelegd over de nieuwe WW. In het nieuwe stelsel krijgen mensen twee maanden een uitkering van 75 procent van het laatstverdiende loon als zij in de laatste 39 weken minimaal 27 weken hebben gewerkt.
Na deze twee maanden ontvangen werklozen een maand lang 70 procent van hun laatste loon. Verder krijgen mensen die langer dan vier jaar aan de slag waren voor ieder gewerkt jaar een maanduitkering van 70 procent. Het maximum daarbij is 35 maanden. De WW-uitkering gaat dus maximaal drie jaar en twee maanden lopen tegen vijf jaar nu.
De werkgevers- en werknemersorganisaties gaan het eindbod de komende dagen voorleggen aan hun achterbannen, zo zei kroonlid A. Kolnaar maandag na SER-overleg. De aangesloten bonden van de vakcentrale FNV komen dinsdag bijeen. Werkgeversorganisatie VNO-NCW zegt een week later of het instemt met het eindbod.
Het kabinet heeft toegezegd dat een eventueel SER-advies zeer zwaar zal meewegen in de uiteindelijke plannen voor een nieuwe WW. Het kabinetsplan waarin mensen 39 van de laatste 52 weken gewerkt moeten hebben voor een WW-uitkering, dat inmiddels door de Tweede Kamer is aangenomen, kan dan van tafel. Doel van het nieuwe stelsel is de kosten van de WW te verlagen.
„Dit (het eindbod van de kroonleden) is duizend keer beter dan de plannen van het kabinet", aldus FNV-bestuurder T. Heerts.
„Mensen die premie betalen, krijgen ook een uitkering en de solidariteit tussen jongeren en ouderen is herstelt. Maar het wordt moeilijk om dit te verdedigen naar de achterban". Naast de scherpere wekeneis wilde het kabinet aanvankelijk ook de kortdurende WW afschaffen. Vooral jongeren zouden daarmee hun recht op een uitkering verliezen.
Ook directeur sociale zaken J. van den Braak van VNO-NCW is er niet zeker van dat van dat zijn achterban het eindbod zal goedkeuren. „De duur van de uitkering mag korter en 70 procent van het laatstverdiende loon is genoeg".
Ouderen krijgen een speciale regeling in het eindbod van de kroonleden van de SER. Mensen ouder dan 60 jaar van wie de WW-uitkering afloopt, krijgen bij de beoordeling voor een vervolguitkering op bijstandsniveau niet te maken met een vermogenstoets of een toets op het inkomen van hun partner. Zij moeten wel zo veel mogelijk vrijwilligerswerk gaan doen.
Daarnaast krijgt uitkeringsinstantie UWV de vrijheid om mensen van boven de 50 jaar vrij te stellen van de verplichting om te solliciteren als er in hun vakgebied geen uitzicht is op een baan.
In het eindbod is verder opgenomen dat de zogeheten gouden handdruk bij ontslag niet in mindering wordt gebracht op de WW–uitkering. Voor de premies voor de WW-uitkeringen over de eerste zes maanden gaat het principe ’de vervuiler betaalt’ gelden. Dit betekent dat sectoren die veel werklozen veroorzaken relatief veel premie gaan betalen.
Verder hebben de werkgevers en de vakbonden afspraken gemaakt om werkloosheid zo veel mogelijk te voorkomen. Het gaat daarbij onder andere om zogeheten werk naar werk trajecten, waarin werknemers begeleid worden naar een andere baan binnen of buiten het bedrijf. De partijen gaan daarnaast verder praten over de toekomst van het ontslagstelsel.