Verborgen
Het schijnt een inbeelding, ja, een droom of een nachtgezicht, maar het was toch ware genade. De Heere handelt zo met u opdat u zou leren niet op de gevoelige genade te rusten, maar alleen te leunen en te steunen op de levende God. Niet op uitvloeisels van de genadige hand van God over u, maar op God Zelf.Het kan met een kind van God zover gaan dat het voor hem onmogelijk is enig geloof te oefenen. Het schijnt alsof alle vruchten van een oprecht geloof als onder de as verborgen liggen. Tevoren scheen hij een held in het geloof, zodat hij bergen kon verzetten, maar nu gevoelt hij zich zo zwak. Hij vraagt zich af of er nog wel geloof in hem is, ja of er wel ooit geloof geweest is. Maar daarom moet u uw staat nog niet verwerpen. O nee, bedenk dan dat God u wil leren hoe diep afhankelijk u bent in de oefeningen van het geloof. Opdat u mag leren dat alles van de Hem afhangt.
Ja, het kan zelfs zover gaan dat u het Woord waarvan voorheen zo veel troost in uw ziel afdaalde, nu niet meer kan aannemen. Het is dat Woord dat vroeger met zo veel kracht in uw ziel kwam dat u de dood en de eeuwigheid er wel op had kunnen aandoen. Nu is de geloofsband zo machteloos dat u het nu niet meer kunt vasthouden. Zo moet de ziel leren om in deze diepten Gods nochtans de Heere te blijven aanhangen. Ook al is het waarom voor de ziel verborgen.
Jacobus Koelman, predikant te Sluis (De droeve toestand van Nederlands kerk, 1680)