De Tweede–Kamerleden Sterk (CDA) en Dijsselbloem (PvdA) willen dat minister Verdonk (Vreemdelingenzaken en Integratie) een uitzondering maakt voor deze personen. Eenmaal in Nederland kunnen ze wel gewoon inburgeren.

Woensdag overlegt de Kamer met de bewindsvrouw over de inburgeringstoets in het buitenland, die zij deze zomer wil invoeren. Mensen boven de zestien jaar van buiten de EU die zich in Nederland willen vestigen, moeten de toets halen op de ambassade in hun thuisland voordat zij naar Nederland mogen. Het gaat vooral om gezinsvorming– en hereniging, per jaar ruim 40.000 migranten. De VS, Canada en Japan vallen niet onder deze maatregel.

Dijsselbloem vindt dat asielzoekers die uiteindelijk een verblijfsstatus kregen op reguliere gronden, vanwege bijzondere redenen, niet uitgezonderd hoeven te worden. Zij zijn niet erkend als vluchteling, dus dan kunnen hun familieleden wel een inburgeringstoets in het buitenland maken.

Ook VluchtelingenWerk Nederland wijst op het gevaar dat gezinsleden van vluchtelingen lopen, zeker in Somalië, Afghanistan en Irak. Daarnaast wijst de organisatie erop dat door de inburgeringstoets de wachttijd oploopt voor gezinnen van vluchtelingen om naar Nederland te komen. Zij zouden zich daar eerst moeten voorbereiden op het examen, soms onder moeilijke omstandigheden. Asielzoekers zijn vaak door hun vlucht al jaren afgescheiden van hun gezin.