Wilders: Radicalen rechten afnemen
Radicalen die een bedreiging vormen voor de rechtsstaat moeten hun grondrechten verliezen. Dat schrijft kamerlid Wilders in zijn zondag verschenen ”onafhankelijkheidsverklaring”. Hij heeft vooral, maar niet uitsluitend, islamitische radicalen op het oog.
Wilders richt zijn pijlen op „(islamitische) radicalen die ons onze rechtsstaat en grondrechten willen ontnemen en bereid zijn daartoe geweld te gebruiken.” Volgens het vorig najaar uit de VVD getreden kamerlid zijn islam en democratie „onverenigbaar.” Hij wil daarom ook het stichten van islamitische scholen verbieden. Hij gaat ervan uit dat dit mogelijk is zonder artikel 23 van de Grondwet, die de onderwijsvrijheid garandeert, aan te tasten.
Met zijn twintig pagina’s tellende beginselprogramma wil Wilders overigens duidelijk maken dat zijn politieke beweging meer zal zijn dan „uitsluitend een anti-islampartij.” Op alle beleidsterreinen wil hij het thema vrijheid centraal stellen. Andere partijen, ook de VVD, doen dat naar zijn inzicht onvoldoende en maken zich schuldig aan „schijnheilig politiek correct gedrag.”
Wilders wil geen politicus zijn „die zijn handen in de lucht heft” en zich bij de aanpak van maatschappelijke problemen aan allerlei beperkende voorwaarden gebonden acht. Hij bepleit „een geheel nieuwe politiek, met een volledig andere stijl en inhoud. Niet alleen praten, maar handelen. Geen Haags geneuzel, maar zakelijk naar oplossingen zoeken, dat is mijn adagium.”
Om die zakelijkheid te bevorderen moet het poldermodel -het sociaal overleg tussen werkgevers, werknemers en overheid- worden afgeschaft. De ministeries van Onderwijs, van Economische Zaken en van Ontwikkelingssamenwerking wil Wilders opheffen, die van Justitie en van Binnenlandse Zaken samenvoegen tot een ministerie van Veiligheid. Ook de Eerste Kamer schaft hij af.
De Tweede Kamer moet het doen met 100 in plaats van 150 zetels. Van twaalf provincies moet Nederland terug naar vier. De helft van alle ambtenaren wordt de laan uitgestuurd en een nieuwe regel mag pas ingevoerd als er twee voor worden afgeschaft. Binnen de EU neemt Nederland een status aparte in, zoals ook Denemarken en Groot-Brittannië doen. Een EU-grondwet komt er niet.
De Antillen wil Wilders het koninkrijk uitzetten. Sowieso gaan de grenzen vijf jaar lang volledig dicht voor niet-westerse allochtonen. „Nederland is vol.” Politieke vluchtelingen zijn alleen welkom (met een maximum van 5000 per jaar) als ze in eigen regio echt niet opgevangen kunnen worden. Immigranten worden pas na tien arbeidzame jaren staatsburger en hebben tot die tijd geen recht op sociale zekerheid.
Op sociaal-economisch gebied presenteert Wilders een ”Plan voor een nieuwe Gouden Eeuw”. Hij wil een forse belastingverlaging, die uiteindelijk uitmondt in een vlaktaks (afschaffing van het progressieve belastingstelsel met schijven en aftrekposten en daarvoor in de plaats één tarief voor iedereen). De hypotheekrenteaftrek „blijft evenwel te allen tijde bestaan.”
Wilders wil drastisch snijden in alle subsidies. Met ontwikkelingshulp wil hij stoppen, alleen voor noodhulp (eenachtste van het huidige budget) ziet hij ruimte. Wel wil hij ontwikkelingslanden helpen door de handelsbelemmeringen op te heffen. Op het gebied van veiligheid en criminaliteit herhaalt Wilders zijn pleidooi van ”three strikes out”: na drie geweldsmisdrijven automatisch levenslang. Hij heeft liever vijf gevangenen in een cel dan een veroordeelde te vroeg terug op straat. Preventief fouilleren moet in heel Nederland voor de politie mogelijk worden.
De vrijheid van meningsuiting is voor Wilders het belangrijkste grondrecht.