„Getuigen van de hoop die in ons is”
„De naam Allah lijkt veel op de godsnaam El zoals we die tegenkomen in de Bijbel. Deze naam is trouwens niet specifiek islamitisch, aangezien ook Arabische christenen God met deze naam benoemen en deze aanduiding al voorkwam in pre-islamitische teksten”, aldus dr. J. Broekhuis.
Het Instituut voor Gemeenteopbouw en Theologie van de Christelijke Hogeschool Ede (CHE) belegde donderdag samen met het tijdschrift Theologia Reformata en de stichting Evangelie & Moslims een symposium over de vraag: ”Allah, over wie hebben we het eigenlijk?”.
Dr. Broekhuis was een van de drie sprekers die een lezing hielden over dit onderwerp. In zijn toespraak maakte de islamkenner onderscheid tussen de natuurgodsdiensten en boekreligies. „Het geloof aan één God is de rode draad die door de boekreligies heen loopt. Deze godheid staat aan het begin van de creatio.”
Wat betreft de overeenkomsten en verschillen tussen de godsbeelden in de drie boekreligies, hebben we volgens dr. Broekhuis godsdienstwetenschappelijk gezien te maken met het beeld van een ellips. „Een ellips is een figuur met twee brandpunten. De boekreligies hebben één brandpunt gemeen: God, de Schepper en Onderhouder van de wereld. Zij hebben daarnaast een eigen brandpunt. Deze particularia kleuren het godsbeeld van de drie godsdiensten.”
Forumleider dr. P. J. Visser, hervormd predikant in Den Haag: „Met deze uitspraken naderen we tot de kern van het probleem: Hebben we het bij Allah over iemand anders, of spreken we op een andere manier over dezelfde godheid.”
Forumlid drs. A. Dronkert stak zijn mening niet onder stoelen of banken. Volgens hem is Allah niet dezelfde als de God van de Bijbel. „Jood en moslim geloven anders dan een christen. Vanuit religieus oogpunt is het dezelfde godheid, maar vanuit het Evangelie van Jezus Christus bezien, spreken we over een totaal andere God.”
Verbonden aan deze problematiek is ook de vraag of de koran een recentere openbaring aan de mensen is dan het Nieuwe Testament. Dit standpunt stuitte bij de forumleden echter op problemen. „Als ik geloof dat God zich ook heeft geopenbaard in de koran, dan zit er niets anders op dan moslim te worden en mijn visie op het cruciale verzoeningswerk van Christus aan te passen”, aldus missiologe dr. M. Frederiks.
Volgens forumlid dr. B. Reitsma, verbonden aan de Near East School of Theology te Beiroet (Libanon), is de vraag over welke godheid we het hebben niet van het grootste belang. „Bij een gesprek met moslims speelt die vraag helemaal niet. Je kunt met moslims over het geloof praten als de context veilig is. Je gesprekspartner moet niet onder druk staan en je moet ook niet over politieke onderwerpen spreken. Geef ze de mogelijkheid om je geloof te bevragen.”
Die openheid in geloofszaken werd ook benadrukt in de lezing van prof. dr. E. Talstra. Omdat de VU-hoogleraar Oude Testament wegens ziekte niet aanwezig kon zijn, werd zijn lezing voorgedragen door dr. P. J. Visser. In zijn bijbels-theoretische benadering hecht Talstra belang aan een „rolverdeling.” „Waar sta je als gelovige zelf? Zijn wij wel in de positie dat wij tegenover anderen de waarheid over God kunnen poneren? Is het niet beter dat wij, joden en christenen, vertellen over hoe wij God hebben leren kennen.” Spreken over God is volgens de hoogleraar spreken over onszelf als deel van Gods geschiedenis. „Vertellen van de grote daden van God, die hij voltrok aan onszelf.”
Iemand die vanuit de praktijk over het onderwerp kan spreken, is drs. M. de Vries. De gereformeerd vrijgemaakte predikant is als missionair werker actief onder moslims in Rotterdam. Hij hield een lezing over de missionaire benadering van de islam. Volgens ds. De Vries hebben christenen vanwege hun „onmiskenbare onderlinge verwantschap met de islam” een speciale missie voor moslims. „De apostel Paulus staat voor mij model. Niet alleen omdat hij in alle Turkse steden eerst de synagogen aandeed. Maar ook omdat hij na zijn bekering eerst naar Arabië ging, zoals wij lezen in Galaten 1. Allereerst verkondigde de apostel der heidenen het Evangelie van Jezus Christus en Die gekruisigd aan mensen die in zijn visie de oudste geschiedenis met hem deelden: de tent van Abraham.”
Drs. De Vries: „Spreek vooral vrijmoedig over God. Belijd Hem naar waarheid. En laat je islamitische vrienden de eer hun god dan toch als een gans andere te definiëren. Als wij alleen willen preken, blijven niet alleen atheïsten en andere apostaten, maar ook de moslims in onze eigen straat onbereikbaar. Wanneer wij over ”jullie Allah” spreken, zijn we binnen vijf minuten uitgepraat.”
In Rotterdam zijn drie gespreksgroepjes gevormd waar belijdende christenen moslims ontmoeten. De predikant is er enthousiast over: „In die groepjes groeit oprechte waardering en het is interressant voor iedereen. Vooral omdat door alle aanwezigen serieus over God gesproken wordt. En omdat niemand zijn eigen geloof relativeert. Binnen de ruimte van die dialoog ontstaat de gelegenheid voor getuigenis van de hoop die in ons is.”