„De liefde verkilt. Sterker, er is sprake van regelrechte haat.” Zachariah Carter, predikant van de Redeemer Church in Huntsville (Alabama), is er somber over. „De politieke polarisatie is ook de kerk binnengedrongen en trekt daar diepe sporen.”
Dat er momenteel in de Verenigde Staten een felle verkiezingsstrijd wordt gevoerd, is geen nieuws. En dat die niet van vandaag of gisteren is, weten we ook al lang. „Er is al jaren een cultuuroorlog gaande”, zegt Carter. Daarmee zegt hij feitelijk dat de strijd niet alleen gaat om het bezit van de sleutel van het Witte Huis, maar ook om het behoud van conservatieve waarden. Het ongeboren leven, het huwelijk zoals dat door God is ingesteld, maar ook de scheppingsorde waarin God man en vrouw geschapen heeft, staan allemaal ter discussie.
Ook al heeft Carter veel kritiek op het persoonlijk leven van Trump, toch stemt hij op hem. „Dat doe ik omdat bij hem de oude waarden nog het meest veilig lijken te zijn.” Wel voegt hij er onmiddellijk aan toe: „Maar! Maar! Maar, ieder die de Bijbel kent weet dat we op niemand, op geen prins en ook niet op Trump, ons vertrouwen moeten stellen. Mensen zijn wankelmoedig, zijn niet gericht op het allerbelangrijkste, namelijk Gods eer. Ieder mens zoekt uiteindelijk zijn eigenbelang. Dat doe ik van nature, maar dat doet Trump ook zeker.”
Een extra zorgpunt voor Carter is dat Trump verdeeldheid en tweedracht zaait. „Polarisatie is er altijd. Maar in de huidige situatie nog meer dan anders.”
Carter is niet de enige die dat zegt. Wie met Amerikanen spreekt, hoort keer op keer dat de collegiale sfeer op afdelingen wordt verziekt; families en zelfs huwelijken splijten door de polarisatie. Ouders schaffen het gebruik maar af om met Thanksgiving (dankdag) of Kerst met alle (getrouwde) kinderen en kleinkinderen bijeen te komen. Carter: „Het is onbegrijpelijk, maar waar. Dat gebeurt. Ook in kerken. Kerkenraden zijn meer dan voorheen druk met het bij elkaar houden van gemeenten.”
Aan het eind van het gesprek zegt Carter: „Misschien is dat wel het belangrijkste teken van de eindtijd. Dat kerkmensen elkaar verbijten en vereten. Zo mag het toch niet zijn. De Heere Jezus zegt ook dat kort voor Zijn terugkomst op de aarde de mensen elkaar het licht niet meer in de ogen gunnen. Het is verschrikkelijk dat ook in Zijn gemeente, waar liefde moet heersen, haat en nijd de boventoon voeren.”
Verscheurd
De opmerkingen van de Amerikaanse predikant stelt niet alleen vragen aan de kerken en christenen in de VS. Ook de Nederlandse samenleving dreigt verscheurd te raken door polarisatie. Ook de Nederlandse kerken zijn verdeeld, onderling en intern. Komt het ook in Nederland niet voor dat mensen elkaar mijden vanwege verschil van opvatting? En is het niet juist zo dat in ons land de kerkelijke polarisatie vaak nog heftiger is dan de politieke? Uit het verleden zijn de verhalen bekend dat kerkelijke verschillen families blijvend uiteengereten hebben. Is het niet veelzeggend dat in het buitenland wel wordt gezegd: „Zet drie Nederlandse christenen bij elkaar en je hebt twee kerken?”
De in 2011 overleden Schotse kerkhistoricus Hugh M. Cartwright vertelde in 2002 over een serie preken die hij had gehouden over de zeven brieven in de eerste hoofdstukken van het boek Openbaring. Hij zei toen: „In die brievenreeks krijgen enkele gemeenten een zware berisping. Maar daar beginnen ze niet mee. Eerst lezen we enkele waarderende woorden aan het adres van zo’n gemeente. Neem de brief aan de gemeente van Efeze. De brief is positief over de lijdzaamheid van die gemeente, en dat ze de kwaden niet kan dragen, de valse leraars heeft beproefd, en dat ze omwille van de naam van de Heere heeft gearbeid. Pas dan komt de bestraffing. En die is niet gering. Efeze heeft haar eerste liefde verlaten. Dat is ingrijpend. Want de Bijbel zegt dat wie de liefde niet heeft een klinkend metaal en een luidende schel is geworden. Eenzelfde patroon zie je in de brieven aan Pergamus en Thyatire.”
Heel beslist zei prof. Cartwright toen: „Dat heeft ons wel wat te zeggen. Hoezeer we ook dingen van onze tegenstander te veroordelen hebben, wees innemend en probeer ook altijd iets positiefs te vinden. Begin niet direct met de waarschuwende vinger, maar steek eerst vriendelijk de hand uit. We moeten de ander niet door onze scherpe woorden of onze afwijzende houding van ons vervreemden. Dat dient de ander niet en dat dient zeker ook de waarheid niet.”
Navolging
Voor prof. Cartwright waren dat geen loze woorden. In 1998 zag hij zich genoodzaakt zijn hoogleraarschap aan het College van de Free Church neer te leggen en te bedanken als lid van die kerk. Nadien is hij predikant geworden in de Free Preysbyterian Church of Scotland. Maatschappelijk gezien was dat voor hem een behoorlijke stap terug. Maar desondanks bleef hij zijn voormalige broeders in het ambt inderdaad als broeders bejegenen. Misschien ook voor christenen in ons land te midden van alle polarisatie een voorbeeld tot navolging.
Nog een opmerking van Cartwright : „Vriendelijk zijn betekent niet alles goedkeuren, maar het is wel een christenplicht.”
De auteur is oud-hoofdredacteur van het Reformatorisch Dagblad.