Om de uitstoot van stikstof en CO2 te beperken, worden de grondstoffen niet via vrachtwagens het gebied in vervoerd, maar op een elektrisch aangedreven transportband. „Dit is in Nederland bij natuurherstel niet eerder gedaan”, aldus Natuurmonumenten, de beheerder van het Fochteloërveen. Dat is met ruim 2500 hectare een van de grootste overgebleven hoogveengebieden van Europa, waarin meer dan driehonderd dier- en plantensoorten leven die op de rode lijst van bedreigde soorten staan.

Eind 2022 startte Natuurmonumenten met een groot project om de kades te herstellen. Doel is om water vast te houden en zo te voorkomen dat het hoogveen verdroogt en uiteindelijk verdwijnt. Hoogveen slaat het broeikasgas CO2 op en kan zo klimaatverandering tegengaan.

Ruim 20 kilometer kade aan de randen van het Fochteloërveen is inmiddels opgeknapt. De benodigde materialen daarvoor werden met vrachtwagens aangevoerd. Voor de volgende 35 kilometer dieper in het gebied is een lange transportband aangelegd. „Het streven is om een emissiereductie van ten minste 85 procent te realiseren ten opzichte van de traditionele uitvoeringsmethode.”

Vanaf een depot aan de rand van het Fochteloërveen gaan het zand en leem op een transportband naar stortbunkers in het centrale deel van het natuurgebied. „Die enorme band conflicteert wel met de weidse, stille natuur eromheen. Maar het is vele malen beter en stiller dan transport via vrachtwagens”, aldus een woordvoerder. Volgens Natuurmonumenten spaart dit 80.000 vrachtwagenkilometers heen en weer door het gebied uit. Tractoren die op waterstof rijden, brengen de grondstoffen vervolgens naar de plekken waar de kade wordt hersteld. Daarbij worden elektrische kranen gebruikt. De werkzaamheden duren nog jaren en kosten ruim 5 miljoen euro.