Opinie

Trouw blijven aan bijbelse principe van theocratie

In de discussie over theocratie of democratie moeten we ons niet laten leiden door het haalbaarheidsprincipe, stelt ds. L. W. van der Meij

8 March 2005 13:24Gewijzigd op 14 November 2020 02:18
,,Toch opmerkelijk dat het machtigste land van deze wereld een christelijke president kan hebben. Van onderop gekozen, langs democratische weg. Een democratische president met een zekere theocratische bezieling.” Foto EPA
,,Toch opmerkelijk dat het machtigste land van deze wereld een christelijke president kan hebben. Van onderop gekozen, langs democratische weg. Een democratische president met een zekere theocratische bezieling.” Foto EPA

. De theocratie kan volgens hem alleen van onderop gerealiseerd worden, als vrucht van de doorwerking van het Woord. In Nederland moeten wij samenleven met liberalen en socialisten, kinderen van de Verlichting, rooms-katholieken en islamieten. Wij zitten in hetzelfde schip. Degene die zich met de politiek niet bemoeit, heeft in zekere zin geen probleem. De SGP heeft echter destijds niet voor vluchtgedrag gekozen. Ik denk aan het gevleugelde woord van ds. G. H. Kersten: „Hebben Jozef en Daniël zich onttrokken?” De voorman van de SGP wist op betrekkelijk jonge leeftijd velen in zijn achterban te mobiliseren voor medeverantwoordelijkheid in de regering van ons land. Ongetwijfeld is van zijn optreden een samenbindende werking uitgegaan. Velen zagen een gemeenschappelijke roeping om te participeren in een democratisch staatsbestel waarin vrijheid van godsdienst gewaarborgd is. Een principe van de Verlichting.

Monopolie
De kardinale vraag die in recente publicaties en interviews aan de orde komt, is de volgende: Als je eenmaal gekozen hebt voor deelname aan het democratisch gestructureerde staatsbestel, hoeveel ruimte claim je dan voor de christelijke theocratie, het principe dat God in Christus door middel van Zijn Woord het monopolie toekomt op het terrein van staat en samenleving? Hoe moet onze overheid te werk gaan als zij alle afgoderij en valse godsdienst zou gaan weren en uitroeien (NGB, artikel 36)? Dat kan onze regering niet en dat zal zij ook niet doen, omdat gekozen is voor de wil van het volk, dat zich grotendeels losgemaakt heeft van God en Zijn geboden. Onze regering staat in de traditie en ideologie van de Verlichting: geen onderscheid maken tussen ras en religie en scheiding van kerk en staat.

Aan dit principe hebben wij wonderlijk genoeg en menselijkerwijs gesproken weer onze eigen vrijheid van godsdienst te danken. Wij worden niet vervolgd door de meerderheid van onze geseculariseerde samenleving. Wij worden door onze overheid (nog) vrijgelaten in onze keus voor onze godsdienstige overtuiging. Wij mogen kerken bouwen met goedvinden van een meestal geseculariseerde gemeenteraad en provinciebestuur. Wij krijgen subsidies voor het bouwen van reformatorische scholen enzovoort.

Niet met geweld
De vraag waarmee wij van buitenaf maar nu ook in eigen gelederen geconfronteerd worden is deze: Is het mogelijk dat wij de bescherming en de voordelen van de democratie aanvaarden en tegelijkertijd het principe van de democratie verwerpen? Concreet: Moeten wij de omstreden passage in artikel 36, in navolging van de antirevolutionaire dr. Abraham Kuyper c.s., laten varen? Persoonlijk zou ik dat erg betreuren.

Wij zullen ons in alle geledingen van de samenleving niet moeten schamen voor het recht dat God als Koning heeft op al Zijn schepselen. Ook in Nederland. De onderwerping echter aan deze Koning kan niet met kracht en geweld gerealiseerd worden. Daarom wijzen wij het radicale extremisme af: „Wij verwerpen al degenen die overheden en magistraten verwerpen en de justitie omstoten willen” (NGB, artikel 36).

Wat de realisering van de theocratie betreft: mijn hoop is niet op onze huidige Nederlandse regering gevestigd. Als Nederland ooit een theocratisch bestuurd land zal zijn, dan zal dat hoge, bijbelse doel van onderop gerealiseerd moeten worden, als vrucht van de doorwerking van het Woord onder ons volk. Hoe meer een democratie doortrokken wordt van de zuurdesem van het Evangelie, des te meer zal zij theocratische trekken vertonen.

Stuurmanskunst
Met anderen denk ik aan de Verenigde Staten van Noord-Amerika. Daar bestaan nauwelijks uitgesproken christelijke partijen. De twee grote blokken heten of Democratisch of Republikeins. De VS hebben een democratisch staatsbestel, een product van de Verlichting. Maar -wonderlijk genoeg- met aan het hoofd een president die, hoezeer men ook kanttekeningen kan maken bij zijn politieke optreden, zich niet schaamt voor het Evangelie en Gods geboden en die daaraan naar zijn vermogen gestalte probeert te geven. Toch opmerkelijk dat het machtigste land van deze wereld een christelijke president kan hebben. Van onderop gekozen, langs democratisch weg. Een democratische president met een zekere theocratische bezieling. Dat is dus in deze tijd nog steeds mogelijk.

Tegelijkertijd besef ik dat ook dat het Amerikaanse volk nog steeds ruimte laat voor een heel scala aan onchristelijke levensbeschouwingen. Dat vereist ontzettend veel stuurmanskunst. En dat geldt zeker voor bestuurders in Nederland, waar de politieke verhoudingen veel minder gunstig zijn. Ik denk dat we moeten zeggen dat wij geestelijk verder van huis zijn dan onze overburen aan de andere kant van de Atlantische Oceaan.

Verraad
Het theocratische principe van artikel 36 staat ten slotte niet onder de beheersing van de haalbaarheid. Dat zou ik verraad van het Woord willen noemen. Laten we trouw blijven aan het door en door bijbelse principe van de theocratie. En laten wij de Koning van alle koningen bidden dat ons volk, dat zich in parlement, Provinciale Staten en gemeenteraden laat vertegenwoordigen, zich voor Hem zal buigen. Want zo alleen kan mijns inziens het dilemma democratie-theocratie worden opgelost.

De auteur is christelijk gereformeerd predikant te Driebergen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer