Oevers instabiel langs kanaal in Overijssel waar huizen verzakten
De provincie Overijssel moet grootschalig onderhoud uitvoeren aan Kanaal Almelo-De Haandrik, het kanaal waarlangs eerder na werkzaamheden huizen verzakten. Volgens de provincie is uit onderzoek gebleken dat op sommige plekken de oevers instabiel zijn. Over een totale lengte van ongeveer 43 kilometer heeft de rand van het kanaal snel onderhoud nodig of moeten de damwanden worden vervangen.
De kosten daarvan zijn echter zo hoog, dat Overijssel overweegt om in plaats daarvan scheepvaart te verbieden in het kanaal. Op dit moment kunnen schepen met een gewicht van 700 ton door het kanaal. „Alleen een watervoerende functie is ook een serieuze optie die we willen onderzoeken”, aldus het dagelijks bestuur van de provincie, dat diverse alternatieven bekijkt.
Van de oevers die aangepakt moeten worden, ligt volgens de provincie 15,8 kilometer in het huidige schadegebied. Tussen 2011 en 2016 werd Kanaal Almelo-De Haandrik verdiept en verbreed, om het 34 kilometer lange kanaal geschikt te maken voor grotere schepen. In de jaren daarna kreeg de provincie meer dan vierhonderd schademeldingen binnen van omwonenden. Zo verzakten woningen, die gestut moesten worden. De schadeafhandeling loopt nog steeds.
Overijssel zegt „bezorgd” te zijn over de staat van de oevers. De provincie vraagt de gemeenten langs het kanaal daarom om al op korte termijn maatregelen te nemen, zoals beperking van zwaar verkeer en het plaatsen van vangrails, om te voorkomen dat voertuigen in de berm rijden en daarmee de oeverconstructie verder belasten.
De provincie, sinds 1994 beheerder van het kanaal, was al langer van plan om bijna 11 kilometer aan oever te renoveren of vervangen. Dit kost ruim 40 miljoen euro. Aanvullend onderzoek wees uit dat over nog eens ruim 32 kilometer ook versneld onderhoud nodig is.
„We bereiden nu voor wat strikt noodzakelijk is om de oevers waar dat nodig is te herstellen”, zegt gedeputeerde Martijn Dadema, verantwoordelijk voor het kanaaldossier. „Tegelijkertijd gaan we met bewoners, betrokkenen en deskundigen nadenken wat de toekomstfunctie moet zijn van het kanaal. Hebben we het op termijn echt nodig voor grote schepen? Of alleen voor de waterfunctie van het achterland? Die vraag is belangrijk om samen te beantwoorden. Daarmee kunnen we vaststellen hoeveel we precies de komende jaren aan het kanaal moeten doen en hoeveel geld we daaraan willen besteden.”