Werkgevers vinden inzet op vierdaagse werkweek ‘niet realistisch’
Werkgevers schrikken van de nieuwe looneisen van de vakbonden en noemen FNV’s inzet op een vierdaagse werkweek „niet realistisch”. „Er zijn nu al te weinig mensen om al het werk te doen”, reageert een woordvoerder van werkgeversvereniging AWVN.
Volgens de belangrijkste arbeidsvoorwaardenadviseur van Nederlandse werkgevers moeten er juist meer uren gewerkt worden om de krapte op de arbeidsmarkt op te lossen. „Hoe ga je dat bijvoorbeeld regelen in de zorg? Daar zijn nu al te weinig handen aan het bed”, zegt de woordvoerder over een verdere verkorting van de werkweek.
De zegsman noemt de looneisen van FNV en CNV van respectievelijk 7 en 3,5 tot 6 procent daarnaast „ontzettend hoog”. Hij vreest dat de Nederlandse economie schade oploopt als zulke loonsverhogingen worden afgesproken.
„Loonsverhogingen betekenen meer loonkosten voor bedrijven. Dat gaat ten koste van de concurrentiekracht van Nederlandse bedrijven en zorgt dus voor een verzwakking van de economie.”
FNV kwam maandag met zijn eisenpakket voor het komende cao-seizoen. De bond wil in cao-onderhandelingen inzetten op 7 procent loonsverhoging, een minimumloon van 16 euro per uur en een vierdaagse werkweek van 32 uur. CNV zei vrijdag al in te zetten op 3,5 tot 6 procent loonsverhoging en sprak van een ideaalbeeld van een 30-urige werkweek.
Volgens FNV-vicevoorzitter Zakaria Boufangacha zou een verkorting van de werkweek de krapte op de arbeidsmarkt juist moeten tegengaan. Daarbij verwees hij naar een onderzoek waaruit zou blijken dat het arbeidsaanbod dan toeneemt, onder meer omdat het ziekteverzuim dan zou dalen. Maar AWVN kijkt hier anders tegenaan en vreest een averechts effect.
Eerder dit jaar waarschuwde het Internationaal Monetair Fonds (IMF) dat het grote tekort aan arbeidskrachten in bijvoorbeeld de Nederlandse zorg en de techniek komende jaren verder dreigt op te lopen als gevolg van de vergrijzing. Volgens het IMF is het daarom belangrijk om beter gebruik te maken van de arbeidskrachten die we hebben in Nederland. Dat betekende volgens IMF-onderzoeker Bernardin Akitoby onder meer parttimers te bewegen om juist meer uren te werken.