Aegon onderuit op Damrak door hogere sterftecijfers in VS
Aegon was donderdag met afstand de grootste verliezer bij de hoofdfondsen op de Amsterdamse beurs. De verzekeraar zag zich genoodzaakt in de eerste jaarhelft een last van meer dan 400 miljoen euro in te boeken door bijgewerkte sterftecijfers voor zijn levensverzekeringsproducten in de Verenigde Staten. De beurswaarde daalde meer dan 5 procent.
Volgens vertrekkend financieel directeur Matt Rider was de afgelopen zes tot acht kwartalen sprake van verhoogde sterfte als gevolg van de coronapandemie. Dit zou mensen betreffen die tijdens de coronajaren geen medische zorg hadden gezocht en daardoor nu in een hoger tempo overlijden. Volgens analisten overschaduwde deze kwestie de anderszins sterke onderliggende resultaten van Aegon op de Amerikaanse markt.
De algehele stemming op het Damrak was behoudend. De AEX-index ging 0,1 procent vooruit naar 908,36 punten. De MidKap zakte 0,2 procent tot 884,89 punten. De belangrijkste beursgraadmeter in Frankfurt won 0,2 procent, die in Parijs en Londen bleven dicht bij de slotstanden van een dag eerder.
Beleggers verwerkten onder meer de notulen van de laatste rentevergadering van de Europese Centrale Bank (ECB). Economen van ING denken dat de stukken de deur openhouden voor een renteverlaging in september. Maar de kenners benadrukken ook dat een rentestap nog geen gegeven is. Ze wijzen erop dat ECB-president Christine Lagarde tijdens de vergadering in juli voorzichtiger klonk.
Maar de cao-lonen in de eurozone zijn in het tweede kwartaal een stuk minder hard gestegen dan in de voorgaande drie maanden. Die cijfers nemen die zorgen weg bij degenen die op een renteverlaging hopen, merkte een ING-econoom ook op. Een sterke stijging van de lonen in de eurolanden zorgde eerder voor huiver bij de ECB om de rente verder te verlagen.
Op Beursplein 5 kende Alfen een opvallend koersverloop. De producent van laadpalen en energieopslagsystemen waarschuwde niet aan de afspraken met de bank te kunnen voldoen, door tegenvallende resultaten in de eerste jaarhelft en minder gunstige vooruitzichten. De bank ziet dit echter tijdelijk door de vingers, om het bedrijf de tijd te geven om orde op zaken te stellen. Het aandeel begon stevig in de plus, maar zakte uiteindelijk 0,3 procent in de min.
De euro was 1,1113 dollar waard, tegen 1,1138 dollar een dag eerder. Een vat Amerikaanse olie kostte 1,8 procent meer op 73,23 dollar. De prijs van Brentolie steeg ook 1,8 procent, tot 77,41 dollar per vat.