Rome: onverwerkt verleden
„Het is net of ik nooit ben weggeweest. Ze houden zich nog altijd bezig met dezelfde oude koeien”, zei een oud-collega die na meer dan tien jaar afwezigheid weer eens terug was in Rome. Hij doelde daarbij op de nimmer eindigende debatten, polemieken en processen over het niet zo recente verleden. Een kwarteeuw lang, van 1969 tot 1994, was Italië in de ban van politieke aanslagen, maffiamoorden, raadselachtige intriges, plannen voor een staatsgreep, een corrupte vrijmetselaarsloge en subversieve veiligheidsdiensten.
De herinnering daaraan is nog springlevend. In Rome kun je op tientallen plekken gedenkplaten vinden voor de slachtoffers van rode en zwarte terroristen. Bij mij om de hoek staat een gedenkteken voor de woning van een 19-jarige linkse activist die hier door neofascisten in koelen bloede werd vermoord. Schuin daartegenover herinnert een standbeeldje aan een rechter die op die plek werd neergemaaid door een commando van de Rode Brigades.
Die periode is nog lang niet verwerkt. Dat merk je vooral bij herdenkingen van door extreemrechts gepleegde aanslagen. Want terwijl ter linkerzijde het communisme nu vrijwel algemeen wordt erkend als een mislukt experiment, zijn er op rechts nog heel wat nostalgici, die weigeren zich openlijk tot antifascist te verklaren. Ook premier Giorgia Meloni heeft dat woord nog nooit over haar lippen kunnen krijgen.
„Premier Giorgia Meloni weigert door neofascisten begane moorden te veroordelen”
In juni wilde de premier bij de honderdjarige herdenking van de moord op Giacomo Matteotti, de tegenstander van oud-dictator Benito Mussolini, nog wel verklaren dat die misdaad door fascisten was begaan. Maar bij de herdenking van de aanslag op het station van Bologna, waarbij op 2 augustus 1980 85 doden vielen, was zij minder uitgesproken. Na jaren van processen is duidelijk geworden welke neofascistische organisaties de massamoord hebben beraamd en uitgevoerd. President Mattarella sprak daarom van een „meedogenloze neofascistische strategie”. Maar Meloni ging niet verder dan „terrorisme, dat de rechters toeschrijven aan neofascistische organisaties”.
Voor een goed verstaander: de rechter kan zich natuurlijk vergissen – zoals op sociale media honderden voormalige neofascisten beweerden. Onder wie ook mensen met topposities in Fratelli d’Italia (FdI), de partij van Meloni. Zij kregen steun van FdI-kamerlid Federico Mollicone, die in het Italiaanse dagblad La Stampa betoogde dat de vonnissen niet waren gebaseerd op een vastgestelde waarheid, maar op een politieke theorie van bevooroordeelde rechters.
Mollicone is voorzitter van de vaste Kamercommissie voor Cultuur en dat maakt zijn beweringen extra gevaarlijk, volgens Antonio Scurati. De auteur van succesvolle boeken over Mussolini spreekt van „een ernstige poging om de geschiedenis te herschrijven”. Scurati weet waarover hij het heeft: op Bevrijdingsdag 25 april zou hij op televisie een voordracht geven over oud en nieuw fascisme, maar vlak voor de uitzending werd zijn bijdrage door de leiding van de publieke omroep RAI geschrapt.
>rd.nl/postuit