Zuid-Holland heeft meer geld nodig om faunaschade te vergoeden
De provincie Zuid-Holland heeft afgelopen jaar bijna 7,2 miljoen euro uitgekeerd voor faunaschade, ruim 2 miljoen meer dan in 2022. Omdat de kosten voor schadevergoedingen in een paar jaar tijd fors zijn gestegen, moet de provincie hier extra geld voor vrijmaken in de begroting.
In de voorjaarsnota, de bijstelling van de begroting voor 2024, staat dat Zuid-Holland dit jaar 1 miljoen euro extra wil reserveren voor faunaschade. Voor de periode 2025-2039 wordt in totaal 2 miljoen meer begroot. De leden van Provinciale Staten moeten hiermee nog instemmen.
Provincies vergoeden schade die door dieren is aangericht aan onder meer landbouwgewassen en vee, zogeheten faunaschade. BIJ12, de organisatie die namens de provincies deze zaken afhandelt, maakte onlangs bekend dat afgelopen jaar 55 miljoen euro is uitgekeerd. Dat is ruim 10 miljoen meer dan in 2022. De grauwe gans is verantwoordelijk voor meer dan de helft van de schade (27,5 miljoen euro), gevolgd door de brandgans (8,4 miljoen) en de kolgans (5,6 miljoen).
In Zuid-Holland zorgde de grauwe gans ook voor de meeste schade: 4,4 miljoen euro. Knobbelzwanen zorgden voor bijna 800.000 euro aan schade, smienten (een eendensoort) voor bijna een half miljoen. Zuid-Holland was in 2015 ‘slechts’ 665.000 euro kwijt aan faunaschade, maar de laatste jaren is dat bedrag fors gestegen: van 2 miljoen in 2020 naar nu ruim 7 miljoen. Volgens het provinciebestuur is de stijging van de gewasprijzen een van de oorzaken van die toename. Ook het aantal schademeldingen groeide flink, van 203 aanvragen voor een schadevergoeding in 2015 naar 1231 afgelopen jaar.