De politici die dankzij de voorkeurstemmen recht hebben op een Europese zetel zijn Catarina Vieira (GroenLinks) en Anouk van Brug (VVD), aldus de stichting. „Het is nu alleen nog afwachten of ze hun zetel gaan innemen”, zegt Judith Stevens, projectleider data bij Stem op een Vrouw. „Zonder deze voorkeurstemmen was het percentage vrouwen blijven steken op 41,9 procent (13 vrouwen en 18 mannen).”

Volgens de stichting heeft 9 procent tijdens de Europese verkiezingen strategisch op een vrouw gestemd. Daarmee bedoelt de stichting dat kiezers op de eerste vrouw hebben gestemd op de kieslijst die buiten de peilingen valt. De stichting Stem op een Vrouw roept mensen op om op deze manier te stemmen, zodat er meer vrouwen in het parlement terechtkomen. „Slim stemmen werkt echt!”, zegt Stevens over deze uitslag.

Volgens de stichting stemde 45 procent van de kiezers niet op de lijsttrekker. Van de twintig lijsttrekkers die meededen aan de Europese verkiezingen waren er zestien een man. „Politieke partijen blijven vooral mannen naar voren schuiven, maar kiezers over het hele politieke spectrum zijn duidelijk: het is tijd voor meer vrouwen in de politiek”, zegt Devika Partiman, directeur van Stem op een Vrouw.

De stichting ziet dat vooral bij progressieve partijen steeds vaker evenveel vrouwen als mannen op de lijst staan. „GroenLinks-PvdA, D66 en PvdD hebben een gelijke verdeling of zelfs iets meer vrouwen dan mannen op de kieslijst”, aldus de stichting. „Bij VVD (29 procent), CDA (24 procent), PVV (30 procent), BBB (33 procent), NSC (38 procent) en SGP (0 procent) blijft het percentage vrouwen op de kieslijst achter.”

De Kiesraad stelt op 19 juni de officiële zetelverdeling van de Europese verkiezingen in Nederland vast.