De Bond tegen het vloeken vroeg eerder per brief aan de redactie van NRC Handelsblad om publiekelijk excuus binnen drie weken. Vervolgens zou de bond zich beraden op verdere stappen.

Nadat de organisatie daarop geen reactie kreeg, deed de bond eerder deze week aangifte bij de hoofdofficier van justitie. „We hebben een redelijke termijn gesteld”, vindt T. Bunt, voorlichter van de Bond tegen het vloeken.

De organisatie beroept zich op de artikelen 147, 147a en 137a van het Wetboek van Strafrecht. Die artikelen betreffen godslastering en belediging. Bunt noemt de uitlatingen van Abrahams „een regelrechte aanval op God.” De bond is geschokt door passages uit de column. „Wij kunnen hierin niet anders lezen dan dat God hier necrofilie of pedofilie wordt toegedicht.”

Bunt hoopt dat de officier van justitie, wanneer het tot een zaak komt, een inhoudelijke uitspraak doet. „Op die manier komt er duidelijkheid over wat wel en niet als godslasterlijk moet worden opgevat.”

Een woordvoerster van NRC Handelsblad zegt dat de krant donderdag voor het eerst van de zaak hoorde. De brief van de bond zou de redactie nooit hebben bereikt.

Bunt meldt dat de brief opnieuw naar NRC Handelsblad is gestuurd. De krant wil voor ontvangst daarvan geen commentaar geven.