Explosie van slakken door nat voorjaar: „De sla is alweer opgegeten”
De milde winter en het natte voorjaar zorgen voor een explosie van slakken. Volkstuinders zien hun aanplant rap verdwijnen. „Je kunt ze maar het beste met de hand wegvangen.”
„De slakken hebben de sla die ik vorige week heb geplant alweer opgegeten”, verzucht volkstuinierster Carola Franken uit Culemborg als ze met verse kiemplantjes koers zet naar de tuin die ze met haar buurvrouw deelt.
Menig tuinliefhebber maakt zich dit jaar extra druk om de slakken omdat die de jonge aanplant in een mum van tijd soldaat maken. De diertjes lijken massaler aanwezig dan andere jaren. Niet alleen sla, ook net aangeplante komkommer of courgette verdwijnt razendsnel. Wie verrukt de eerste aardbeien plukt, hoeft niet verbaasd te zijn als de slakken die al deels hebben verorberd.
Hannco Bakker, slakkenexpert en beheerder van de collectie bij Naturalis in Leiden, signaleert dat er „opvallend meer” slakken worden gezien dan normaal. Hij vraagt zich af of er werkelijk meer zijn dan andere jaren. „Het kan ook dat je er meer ziet omdat de nachten koel en vochtig zijn, want dan komen ze uit hun schuilplaats.” Toch denkt ook hij dat er meer slakken zijn: „Het heeft afgelopen winter nauwelijks gevroren. Het is goed mogelijk dat er minder eitjes kapot zijn gevroren, waardoor meer slakken groot zijn geworden.”
„Het is goed mogelijk dat er afgelopen winter minder eitjes kapot zijn gevroren, waardoor meer slakken groot zijn geworden” - Hannco Bakker, slakkenexpert
Slakken kunnen honderden eitjes per jaar leggen en een aantal generaties voortbrengen, waardoor een populatie snel groeit. Bijkomend probleem is dat de natuurlijke vijanden in de bodem die slakkeneitjes aantasten, zoals schimmels en kleine parasieten, verdwijnen omdat mensen hun tuin niet goed behandelen. Denk aan tegels en kiezelstenen.
Knoflookwater
Nederland telt zo’n honderd soorten slakken. Er zijn er ook waar tuinders plezier van hebben. Die ruimen rommel op door rottende blaadjes te eten. De meeste soorten zijn niet groter dan 2 tot 10 millimeter. Een deel leeft ondergronds, de rest verschuilt zich onder dood hout of tussen stenen.
Naaktslakken zijn in de moestuin de grote boosdoeners. De grote soorten zijn voor een leek niet van elkaar te onderscheiden. Een uitzondering is de tijgerslak met zijn streepjespatroon. Deze grote slakken zijn het schadelijkst, hoewel ook de huisjesslakken dol zijn op fris groen en fruit.
Door de nattigheid van de laatste tijd, kun je in een tuin gemakkelijk tientallen slakken vangen. Dat is volgens Bakker ook veruit de beste manier om ervan af te komen. Je kunt ze dan weer uitzetten op een plaats waar het geen kwaad kan. „Ze kunnen natuurlijk wel terug kruipen”, glimlacht hij. Een schaal suikerwater of zoet bier is voor slakken onweerstaanbaar. Als ze erin vallen, verdrinken ze.
Slakkenkorrels of aaltjes beveelt Bakker niet aan. „Het is onduidelijk of dat alleen de slakken doodt of ook de diertjes die je wel in de tuin wilt hebben.” Zelfs bij ecologische slakkenkorrels heeft de wetenschapper zijn twijfels. „De vraag is hoe ecologisch die werkelijk zijn. Je wilt bijvoorbeeld de pissebedden wel houden omdat die afval opruimen.”
Sterk geurende planten als vingerhoedskruid en lavendel houden slakken op afstand. Ook wordt wel aanbevolen knoflookwater over kwetsbare planten te sprenkelen. Koffiedrab en eierschalen vinden slakken volgens hem ook niet fijn om overheen te kruipen. Een andere manier om de slak te weren is door een tuin te creëren waar eenden, zanglijsters en egels een schuilplaats vinden. „Die zijn dol op het kruipende volkje.”