Bogota: Colombianen zijn notoir luidruchtig
De luidruchtige Colombiaanse volksaard drijft stiltezoekende medeburgers tot wanhoop. De ”Wet tegen herrie” wil het akoestisch geweld nu aan banden leggen.
Colombianen zijn een notoir luidruchtig volk. Van de muziek die altijd door de straten zweeft tot straatverkopers die met microfoons hun waren aanprijzen en de televisies die op vol volume elke restaurantmaaltijd begeleiden: het is hier simpelweg nooit stil.
Stilte, dat is iets voor Zwitserland, menen de Colombianen. „Daar bellen ze de politie als je hond na negen uur ’s avonds blaft”, schertste een Colombiaanse vriend. Je hier beklagen over de herrie heeft weinig zin. Colombianen beschouwen het maken van lawaai als een grondrecht.
Dat betekent niet dat alle Colombianen van herrie houden. Geluidsoverlast is een groeiend probleem, met name in de grote steden. Toen ik de deurmannen van een bar op twee blokken afstand van mijn huis uitlegde dat ik niet kon slapen door de harde muziek, barstten ze in lachen uit. Uiteindelijk ben ik maar verhuisd.
Nog erger zijn de Colombiaanse kustregio’s, waar de bewoners bekend staan om hun luidruchtige inborst. Op een zaterdagmiddag in Cartagena zetten minstens drie buurtbewoners hun manshoge speakers buiten op de stoep, waar ze elkaar poogden te overstemmen met pompende Caraïbische muziek. Tot wanhoop gedreven, vroeg ik één van hen om de muziek zachter te zetten. Hij verstond me niet –de muziek stond te hard– en stak zijn arm uit, als een uitnodiging voor een dans. Ik gaf de strijd op, en toog naar de apotheek om oordoppen te kopen. Daar raadde de apotheker me een doosje slaappillen aan, de enige remedie volgens deze ervaringsdeskundige.
Ook wie denkt buiten de stad rust te kunnen vinden, komt bedrogen uit. Een idyllisch huisje huren in de groene bergen? Een slecht idee, want grote kans dat je buren een paar honderd meter verderop tot het ochtendgloren feestvieren.
De politie bellen haalt zelden wat uit. In het beste geval gaat de muziek tien minuten zachter, tot de dienders van de wet hun hielen lichten en het volume weer hoger wordt gezet. De politie kan ook weinig doen: de Colombiaanse wet heeft geen duidelijke richtlijnen voor wat te veel herrie is, en welke sancties daartegen opgelegd kunnen worden.
„Toen ik de deurmannen van een bar op twee blokken afstand van mijn huis uitlegde dat ik niet kon slapen door de harde muziek, barstten ze in lachen uit. ” - Ynske Boersma, RD-correspondent Colombia
Dat moet anders, zegt het Colombiaanse congreslid Daniel Carvalho, initiatiefnemer van de ”Wet tegen Lawaai”, waarmee hij wettelijke grenzen voor herrie wil vaststellen en straffen wil bepalen voor wie die limieten overschrijdt.
„Het is niet de bedoeling om het feestelijke karakter van onze cultuur te ontkennen. Wel om daar grenzen aan te stellen,” zegt Carvalho, een jonge politicus met dreadlocks, die benadrukt dat hij zelf ook een feestganger is. „Maar, dat is geen excuus om andere stadsbewoners het leven zuur te maken.”
Daar kan ik het alleen maar mee eens zijn.