Minder nachtvluchten op Schiphol, ban op luidste vluchten in nacht
Het kabinet wil dat per 2025 minder vliegtuigen ’s nachts opstijgen of landen op luchthaven Schiphol, meldt demissionair minister Mark Harbers (Infrastructuur) vrijdag na afloop van de ministerraad. Nu zijn dat er nog 32.000, maar dat worden er 27.000. Eerder zette het kabinet in op maximaal 28.700 nachtvluchten.
Ook worden de luidste toestellen, zoals de Boeing 747-400, geweerd tussen 23.00 uur ’s avonds en 07.00 uur ’s ochtends. Verder gaat Schiphol het gebruik van lawaaierige toestellen duurder maken, zodat maatschappijen worden gestimuleerd stillere vliegtuigen in te zetten. Per november van dit jaar gaat KLM vrijwillig lawaaiige toestellen in de nacht vervangen door stillere vliegtuigen. Om omwonenden rust te gunnen, gaan twee banen waar de afgelopen jaren extra verkeer op is gekomen dicht tussen 13.00 en 15.00 uur ’s middags.
Het kabinet overweegt een nachtsluiting per 2026. „Maar eerst moet duidelijk zijn wat de impact ervan is, op de hinder maar ook op de luchtvaartsector”, aldus het ministerie in een verklaring. In de zomer van dit jaar worden de uitkomsten van dat onderzoek verwacht. Waarschijnlijk is er dan al een nieuw kabinet aangetreden.
Per saldo mag er wel meer gevlogen worden door de maatregelen van het kabinet. Aangezien Harbers de hinder nu verder vermindert dan het kabinet eerst van plan was, kan het maximale aantal vluchten naar 460.000 of 470.000, in plaats van het eerder genoemde aantal van 452.500. Het beperken van het totale aantal vluchten mag volgens Europese regels alleen als laatste optie.
Harbers probeert al sinds 2022 Schiphol te laten krimpen en zo overlast te beperken, maar botste hierover met de Europese Commissie en de Verenigde Staten. Als Schiphol was gekrompen, had de Amerikaanse maatschappij JetBlue bijvoorbeeld niet meer op de luchthaven kunnen vliegen. Onder druk van Brussel en de VS, schortte Harbers zijn krimpplannen op. Hiermee kwam de minister klem te zitten, want de rechter wilde nog wel dat de overlast voor omwonenden zou worden beperkt. Als antwoord daarop past Harbers nu zijn plan op deze manier aan.
De minister kreeg van de rechter twaalf maanden om de overlast voor omwonenden te verminderen, maar dat is volgens hem te weinig tijd. Daarom gaat hij ook in hoger beroep tegen de eerdere uitspraak. „Nadrukkelijk niet omdat het kabinet het oneens is met de strekking van het vonnis, maar omdat er meer tijd nodig is om alle procedures te doorlopen.”