Meer duidelijkheid over gebiedsontzegging Rotterdam
De rechtbank in Rotterdam heeft woensdag twee mannen vrijgesproken die een gebiedsontzegging hadden overtreden. De drie strafrechters die de zaken behandelden, weigerden echter in te gaan op het verzoek van de officier van justitie om zich uit te laten over de termijn die een gebiedsontzegging maximaal mag duren.
Volgens de rechtbank staat de taak die strafrechters hebben in de weg om aan het verzoek te voldoen. De rechtbank mocht dus naar eigen zeggen geen algemene uitspraken doen over de tijdsduur van een gebiedsontzegging en enkel ingaan op de concrete zaken.
Wel is door de uitspraak meer duidelijkheid ontstaan over het opleggen van gebiedsontzeggingen. „De rechtbank zegt nu dat je zes maanden wel op mag leggen, maar dat dan wel aan alle voorwaarden voldaan moet zijn", aldus persofficier H. Hambeukers.
De gemeente Rotterdam gebruikt de gebiedsontzegging sinds 2002 om de overlast door verslaafden, bedelaars, winkeldieven en andere overlastgevers te verminderen door ze simpelweg uit een gebied te weren.
Wel is door de uitspraak meer duidelijkheid ontstaan over het opleggen van gebiedsontzeggingen. „De rechtbank sluit zes maanden niet uit, maar er zal bij elke individuele gebiedsontzegging aan een hele serie voorwaarden moeten worden voldaan”, aldus persofficier H. Hambeukers. Justitie gaat in hoger beroep om toch een uitspraak te krijgen over de tijdsduur. „Het hoger beroep kan helpen om principiële duidelijkheid over de maximale tijdsduur van een ontzegging te krijgen”.
De vraag van justitie of de burgemeester bevoegd is om een gebiedsontzegging op te leggen, beantwoordde de rechtbank bevestigend. De gemeentewet geeft de burgemeester een ’lichte bevoegdheid’ op dit gebied. Het besluit van de burgemeester moet volgens de rechtbank echter wel aan alle gestelde eisen voldoen en proportioneel zijn ten opzichte van de overlast.
Bij de twee mannen die terechtstonden, was dat volgens de rechtbank niet het geval. De burgemeester heeft volgens de rechtbank „de grenzen van de proportionaliteit in zeer aanzienlijke mate overschreden” door de mannen een ontzegging van zes maanden op te leggen in een groot gebied in plaats van de geijkte veertien dagen. Ook had bij een van de twee mannen beter een behandeling van zijn psychische problemen plaats kunnen vinden dan dat hem een gebiedsontzegging werd opgelegd.
Advocaat F. van Ardenne is tevreden met de uitspraak. „Dit is wel degelijk een uitspraak die voor de toekomst belangrijk is. De bevoegdheid waarvan gebruik werd gemaakt, is in feite misbruikt. De lichte bevoegdheid van de burgemeester is niet te rijmen met een gebiedsontzegging van zes maanden”.