Meditatie: Alle dingen
Filippenzen 4:13
„Ik vermag alle dingen door Christus, Die mij kracht geeft.”
Wat een ruime ademhaling krijgen de kinderen van God als de banden van het juk van ongeloof bij hen hoe langer hoe losser gemaakt worden! Want in die mate dat de Heere hun geloof steeds doet wassen, doet Hij ook hun vrede en troost, hun heiligheid, hun hoop en verzekerdheid van de zaligheid, hun verlangen naar de hemel en, in één woord, al hun genaden dagelijks wassen en toenemen. Maar let hier ook wel op dat dit alles de vrije genadewerking des Heeren in hen is en dat Hij daar ook steeds van zegt: „En Ik was hun als degenen die het juk van op hun kinnebakken oplichten.”
Wij moeten niet denken dat hier een menselijke kracht of zelfs enig ingestort genadeleven zonder de voortdurende en ogenblikkelijke invloed van de Geest des Heeren iets toe kan doen om de gelovigen het juk van de duivel steeds verder af te doen schudden. O neen; wat de genade eerst in hen begonnen is, moet door diezelfde genade steeds in hen onderhouden, bewaard, versterkt, voortgezet en hoe langer hoe meer tot zijn volkomenheid gebracht en ten slotte geheel voleindigd worden. Elke waar gelovige ondervindt zeker voortdurend dat het de Heere is Die al het goede steeds door Zijn Geest in hem werkt en dat hij geen enkele goede gedachte of begeerte van zichzelf kan hebben!
Theodorus van der Groe,
predikant te Kralingen
(”Het juk afgenomen”, 2003)