Hof: vervolg aanhouding journalist bij XR-protest onrechtmatig
De politie had een fotojournalist die in oktober 2021 verslag deed van een klimaatprotest en daarbij werd aangehouden, eerder op vrije voeten moeten stellen. Het gerechtshof in Den Haag oordeelt dat zijn aanhouding aanvankelijk weliswaar rechtmatig was, maar dat al heel snel duidelijk moet zijn geweest dat de man aan het werk was als journalist. Dat zijn aanhouding voortduurde, hij mee moest naar het politiebureau en zijn camera’s en telefoon in beslag werden genomen, is daarom onrechtmatig, aldus het hof.
De zaak in hoger beroep draait om een onaangekondigd protest van Extinction Rebellion (XR) op 13 oktober 2021. De fotojournalist zat toen met klimaatactivisten in een busje om van binnenuit verslag te doen van hun actie, die als doel had de A12 in Den Haag te blokkeren. De politie hield het busje tegen en de inzittenden werden aangehouden op verdenking van het voorbereiden van een wegblokkade met gevaar voor de verkeersveiligheid. Onder de arrestanten was ook de fotojournalist.
Volgens de politie en de Staat kon pas op het bureau worden vastgesteld dat de man journalist was, waarna hij op vrije voeten werd gesteld. Eerder oordeelde de rechtbank dat daarbij rechtmatig is gehandeld, maar het Haagse gerechtshof komt tot een andere conclusie. Volgens het hof had de man een politieperskaart bij zich en droeg hij duidelijk zichtbaar de daaraan gekoppelde zogeheten rellenkaart om zijn nek. Beide kaarten zijn door de politie en de Staat erkende „persherkenningstekens”, staat in het arrest van het hof. „De politie moest er daarom van uitgaan dat de man inderdaad journalist was.”
In het busje zat op de bewuste 13 oktober ook nog een andere journalist, die ook werd aangehouden en meegenomen naar het bureau. Ook deze journalist, die volgens het hof geen politieperskaart of rellenkaart bij zich had, is kort daarna vrijgelaten.