De Kamerleden Bikker (CU), Van Dijk (SGP), Krul (CDA) en Van der Plas (BBB) hebben deze vrijdag schriftelijke Kamervragen gesteld aan de ministers Dijkstra (Medische Zorg) en Yeşilgöz (Justitie en Veiligheid). Eerder deze week werd bekend dat sinds 2015 in Nederland minstens 172 mensen zijn overleden door het innemen van middel X. Uit het onderzoek kwam verder naar voren dat bij 70 procent van hen een „psychiatrische voorgeschiedenis” is geregistreerd.

De vier Kamerleden vragen de ministers hoe zij de groep gebruikers van het middel op basis van het onderzoek zouden omschrijven. Ook willen ze weten in welke mate die omschrijving past bij het beeld dat Coöperatie Laatste Wil schetst van de afnemers en gebruikers, „namelijk mensen die autonoom en weloverwogen uit het leven stappen”.

Te behandelen

De parlementariërs van CU, SGP, CDA en BBB vragen Dijkstra en Yeşilgöz welke verantwoordelijkheid zij nemen om kwetsbare mensen bij wie de wens leeft om niet verder te leven, te beschermen tegen zelfdodingsmiddelen, en tegen middel X in het bijzonder. „Hoe geeft u daarin rekenschap van het gegeven dat bij psychiatrische ziektes, die te behandelen zijn, juist gedachten aan de dood en gevoelens van hopeloosheid en uitzichtloosheid de ernstigste symptomen van de ziekte kunnen zijn?”, voegen de Kamerleden daaraan toe.

Ook de VVD’ers Tielen en Hermans hebben vrijdag Kamervragen gesteld. „Deelt u de mening dat middel X voor niemand beschikbaar en toegankelijk zou moeten zijn? Zo ja, bent u voornemens het drempelverhogend beleid dat op dit moment gevoerd wordt aan te scherpen?”, zo vragen ze aan minister Helder (Volksgezondheid, Welzijn en Sport, VWS) en staatssecretaris Van Ooijen (VWS).

Hebt u hulp nodig? Dan kunt u contact opnemen met Stichting 113 Zelfmoordpreventie via 113 of 0800-0113 (24 uur bereikbaar) en 113.nl