Dat blijkt uit stukken die het ministerie woensdag vrijgaf. Minister De Jonge sprak destijds van „een onnodige fout”, maar ambtenaren hebben onderling uitvoerig overlegd over de vraag of dit nu wel of niet moest gebeuren. Dat gebeurde nog in de tijd dat minister Bruins Slot, die nu minister van Buitenlandse Zaken is, nog de scepter zwaaide op Binnenlandse Zaken.

Ambtenaren vragen zich af of er nog „niet-genderneutrale verwijzingen” in de wet zijn die aanpassing behoeven. Dan komt de suggestie naar boven om „moeder” te vervangen door „ouder uit wie het kind is geboren”. Onder de nieuwe terminologie vallen dan ook vrouwen die zich man voelen.

Andere ambtenaren wijzen erop dat een discussie daarover gevoelig ligt en niet zomaar via een verzamelwet geregeld kan worden die alleen technische en niet politiek gevoelige wijzigingen doorvoert. Uiteindelijk gaan de ambtelijke leiding en ook de toen verantwoordelijke minister akkoord met de wijzing. Of Bruins Slot daar bewust kennis van heeft, is niet bekend. Ambtenaren hebben het punt waarschijnlijk niet aan haar voorgelegd. Verder valt het ook niemand op.

Dankzij de SGP-fractie in de Tweede Kamer komt de zaak begin maart alsnog aan het licht. Kamerlid Flach spreekt in het AD en het RD zijn verontwaardiging uit over de politiek gevoelige wijziging.

Als minister De Jonge kennisneemt van de ophef in de media, onderneemt hij direct actie en draait de wetswijzing terug.