Sinds de coronacrisis is krapte ontstaan in de luchtvaartsector. Ook zonder de tekorten is de werkdruk al hoog, zegt ILT-programmamanager Marco Buitelaar. „Op het vliegtuigplatform moet iemand heel veel checks uitvoeren, en elke check kan cruciaal zijn. Als diegene onder druk staat, weet je niet wat er gebeurt. Menselijk falen kan een keer desastreus zijn.”

De inspectie vindt dat luchtvaartbedrijven duidelijker moeten zijn over de maatregelen die ze nemen om te voorkomen dat de veiligheid in het geding komt. Volgens Karin Visser, directeur van de Luchtvaartautoriteit die onder de ILT valt, maken de bedrijven al plannen om de personeelstekorten op te vangen. „Maar wij gaan er wel extra toezicht op houden.”

Visser: „Het gaat niet alleen om de aantallen medewerkers, maar ook over of ze gekwalificeerd zijn. Je wilt niet dat er iemand aan je vliegtuig staat te klussen die er niets van weet.” Concrete gevallen waarbij het mis is gegaan, zijn voor zover zij weet nog niet voorgekomen.

Vorig jaar zijn op Schiphol meer voorvallen gemeld rondom het wegduwen van vliegtuigen richting de startbaan. Bijna vijfhonderd keer ging er iets mis, meer dan in de zes eerdere jaren. In meer dan zeventig gevallen zorgde het materieel aan de grond voor schade aan vliegtuigen, ook het hoogste aantal in zeker zeven jaar. Of die incidenten met het personeelstekort te maken hebben, is niet bekend.

Op drukke momenten vergeet het personeel op Schiphol ook nog wel eens te vragen of passagiers lithiumbatterijen in hun bagage hebben, schrijft de ILT. Zulke batterijen mogen niet mee in het vliegtuigruim omdat ze brand kunnen veroorzaken. Buitelaar: „Dat is een voorbeeld waarin je de haast ziet. Het personeel kent alle procedures, maar vanwege het hoge tempo schiet het erbij in.”