Zorgvraag bepaalt budget in nieuwe bekostiging
„Ouders van kinderen met een handicap moeten meer een partij worden voor zorgaanbieders. Cliënten, ouders of verzorgers en zorgaanbieders vormen een driehoek waarin meer gecommuniceerd moet worden.”
Dit zei mevrouw drs. J. F. de Vries, plaatsvervangend directeur gehandicaptenbeleid van het ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur, zaterdag op de voorjaarsledenvergadering van Helpende Handen, vereniging gehandicaptenzorg van de Gereformeerde Gemeenten.
Het thema van de dag, ”Zorg, een kwestie van geld?(!)”, stond in het teken van het nieuwe bekostigingssysteem in de zorg. De Vries: „De term ”vraaggestuurde bekostiging” suggereert veel. Het is de vraag of we het ook waar kunnen maken.”
De Vries legde uit dat in het oude bekostigingssysteem instellingen zoals kinderdagverblijven en gezinsvervangende tehuizen een budget kregen dat afhangt van het aantal bedden. „Dit zegt nog niets over de soort zorg. Daarom is er nu een andere manier van financiering. Eerst komt de vraag welke soort zorg iemand nodig heeft en vervolgens wat dat kost.”
De invoering van de nieuwe financiering vindt in fasen plaats. Er is een onderzoek gedaan waaruit blijkt dat het een realistisch systeem is. In Friesland en Utrecht hebben alle zorginstellingen bekeken wat het nieuwe systeem voor de cliënten betekent. De Vries: „De zorgverleners waren erg enthousiast.”
Voor het hele land wordt de huidige zorg omgezet in concrete modules en producten. In mei 2002 moet bekend zijn wat het verschil is tussen de beschreven zorg en de nu gemaakte kosten. Ook het verschil tussen de berekende noodzakelijke zorg en de huidige zorg moet dan duidelijk zijn. De Vries: „Deze twee gegevens vormen een input voor het nieuwe regeerakkoord. Dat is het moment waarop er extra geld kan komen. Met dit systeem kunnen we alles precies berekenen en goed onderbouwen. Het is dus een hard politiek gegeven.”
De Vries wees erop dat de zorgvrager niet meer afhankelijk is van de zorgverlener. „U weet hoe groot uw budget is. U kunt dus met de aanbieder van zorg onderhandelen. Is er meer geld nodig, dan kijkt de indicatiecommissie ernaar.” Volgens De Vries betekent het ook dat zorgverleners nu eerder ervoor uit moeten komen dat ze gebrek aan deskundigheid hebben. „Vroeger kon een aanbieder zeggen dat iemand te veel kost, dat kan niet meer.”