Een lijdende schepping en een goede Schepper
Waarom lijden dieren? We gaan ervan uit dat dit het gevolg is van de zondeval. Maar daarmee is nog niet alles gezegd.
Dit antwoord roept ook weer nieuwe vragen op. Patholoog prof. dr. P.J. Slootweg brengt ze in ”Geschapen tot Zijn eer” voor het voetlicht.
Een aanvulling in het kleine rijtje boeken over de schepping is altijd welkom – al klinkt de ondertitel ”Dieren in de Bijbel” breder dan de inhoud daadwerkelijk is. Over het lijden van dieren, en de visie van vroegere theologen daarop, verdedigde Slootweg in 2021 een proefschrift. Nu heeft hij een deel van dat proefschrift uitgewerkt en vereenvoudigd in ”Geschapen tot Zijn eer”. De vragen in dit boekje vallen onder twee hoofdzaken: past dierenleed wel bij Gods goedheid en past de gedachte dat dieren moeten lijden om onze zonde wel bij Gods rechtvaardigheid?
Terecht benoemt Slootweg de twee klippen die de Vroege Kerk wilde omzeilen: het vergoddelijken (pantheïsme) en het demoniseren (gnosticisme) van de natuur. Daarom beleed zij met kracht zowel de goede schepping als de desastreuze zondeval.
De gevolgen waren groot voor de mensen, maar hoe lag dit voor de dierenwereld? Is daar de dood ook pas gekomen bij de zondeval? Daar stelt Slootweg biologische vragen bij: Zou God op die ene dag planteneters tot vleeseters hebben herschapen? Hoe zit het dan met ecosystemen? Et cetera. Veel kerkvaders meenden dat er ook al voor de zondeval vleesetende dieren waren. Dat toont Slootweg aan met diverse citaten, duidelijk maar ook wat eenzijdig. Citaten die een andere kant op wijzen ontkracht of negeert hij.
Verrassend is de diversiteit aan antwoorden door de eeuwen heen. Zo waren er vanaf ongeveer 1700 theologen die geloofden dat er ook een verlossing was voor (individuele) dieren. Slootwegs antwoord is dat we de Schepping overvragen als we menen dat het onschuldig lijden van dieren niet past bij God. De natuur openbaart volgens hem slechts Gods wijsheid en macht. Voor Zijn goedheid en rechtvaardigheid moeten we naar de Bijbel toe, en vooral naar de kruisdood van Zijn Zoon. Hier gaat hij te snel. Want ook al openbaart de natuur Gods goedheid en rechtvaardigheid niet ten volle, ze is daarmee ook niet in strijd.
Een theologisch probleem is ook, dat Slootweg geen staat der rechtheid lijkt te erkennen – waarom bij hem Genesis 3:17 ook geen kerntekst is. Wat betekent dit voor de verwachting van een nieuwe hemel en aarde? Biologisch mis ik de vraag of alle dierenleed hetzelfde is; insecten kunnen vermoedelijk niet voelen (een kakkerlak kan ook leven zonder kop) – maakt dat het anders? Kortom, Slootweg schreef een boekje dat tot nadenken stemt maar niet tot een antwoord komt dat in lijn is met de gereformeerde traditie. Waar het probeert Gods recht en goedheid veilig te stellen, kan ik me niet aan de indruk onttrekken dat het hieraan juist afbreuk doet.
Boekgegevens
”Geschapen tot Zijn eer, dieren in de Bijbel”, Piet Slootweg; uitg. Brevier; 93 blz.; € 9,95