Nieuwe kerkleider RKK Spanje over misbruik: „Waarom wordt de katholieke kerk altijd onder vuur genomen?”
De Spaanse bisschoppen hebben Luis Argüello aangewezen als nieuwe kerkleider. De aartsbisschop van Valladolid staat bekend als ontkenner van het pedofilieschandaal. Zal de Spaanse kerk onder zijn leiding schoon schip kunnen maken, zoals paus Franciscus wil?
Dingen die veertig jaar geleden zijn gebeurd, kun je niet beoordelen met de mentaliteit van nu. In zijn algemeenheid schuilt er zonder meer een kern van waarheid in deze woorden. Maar als ze worden uitgesproken in een context van seksueel misbruik van kinderen door geestelijken krijgen ze een heel andere lading. En dat was precies het geval toen aartsbisschop Luis Argüello van Valladolid vorig jaar september deze woorden sprak, in een poging om de ernst van het schandaal binnen de Spaanse kerk af te zwakken.
Dinsdag werd de 70-jarige Argüello gekozen tot voorzitter van de Spaanse bisschoppenconferentie, de machtigste persoon in de Rooms-Katholieke Kerk van het land. Hij is geen onbekende. Tussen 2018 en 2022 was hij algemeen secretaris van de Spaanse bisschoppen. In die periode, en ook daarna, heeft hij nooit een blad voor de mond genomen. Zo is hij bijzonder actief op de sociale media. Uit hoe hij zich daarop uitlaat over bijvoorbeeld euthanasie („een spirituele ziekte”), homoseksualiteit of demonstraties bij abortusklinieken blijkt dat hij behoort tot de meest behoudende vleugel in de Spaanse kerk.
Ook in politieke kwesties laat Argüello zich niet onbetuigd. Zijn mening over zaken als de amnestiewet, de autonome regio’s of de verwijdering van dictator Franco uit diens mausoleum leverde hem schouderklopjes op uit rechtse hoek. Over het pedofilieschandaal binnen de Spaanse kerk houdt de monseñor uit Valladolid zich echter opvallend stil. Althans op X.
Na de publicatie van verschillende pijnlijke rapporten raakte de Spaanse RK-Kerk diep verdeeld over de vraag hoe te reageren. Een deel van de geestelijkheid wilde de onderste steen boven halen, het andere kamp trok de gegevens in twijfel en ontkende de ernst van het probleem. Argüello behoorde tot de laatste groep. „Het zijn kleine gevallen”, zei hij naar aanleiding van een vernietigend rapport. Geïrriteerd vroeg hij zich af: „Waarom wordt de Katholieke Kerk altijd onder vuur genomen? Er zijn gevallen gemeld in sportfederaties. Maar vraagt iemand om een onderzoek naar het Olympisch Comité of de FIFA?”
In december bracht de bisschoppenconferentie een eigen rapport uit over seksueel misbruik binnen de kerk. Daarin erkenden zij slechts 806 gevallen van pedofilie, 325 minder dan de bisdommen en religieuze ordes eerder hadden toegegeven. Enkele bisdommen beschuldigden de kerkleiding van „manipulatie van de cijfers”, die in de ogen van velen toch al onwaarschijnlijk laag waren. Volgens een onderzoek van de Spaanse ombudsman zou het aantal slachtoffers van pedofilie binnen de kerk de afgelopen decennia bijna een half miljoen kunnen bedragen.
Tijdens de verkiezing van Argüello demonstreerde een groep slachtoffers voor het gebouw van de bisschoppenconferentie in Madrid. Velen hebben een levenslang trauma opgelopen door het misbruik in hun jeugd. Zij eisten gerechtigheid en verantwoordelijkheid van de kerktop.
Onder leiding van Argüello zal de kerk zich ook moeten buigen over schadevergoedingen aan de slachtoffers. Volgens het interne rapport komen slechts 154 slachtoffers daarvoor in aanmerking. Het is nog onduidelijk hoeveel de kerk bereid is te betalen. De gemiddelde schadevergoeding in andere rooms-katholieke landen bedraagt 35.000 euro per slachtoffer.