CdK Noord-Brabant: laat Q-koortspatiënten niet in de steek
De Q-koortsepidemie is allang voorbij, maar veel mensen leven nog met de gevolgen. Of ze zijn bezig te overleven. Ina Adema, commissaris van de Koning in Noord-Brabant, riep politiek Den Haag vrijdag op deze patiënten niet in de steek te laten en de nazorg goed op te pakken.
Zij pleit ervoor om kennis en inzichten die worden opgedaan bij onderzoek naar klachten bij mensen die corona hebben gehad ook ten goede te laten komen aan Q-koortspatiënten.
Tussen 2006 en 2009 had Nederland te maken met de grootste Q-koortsuitbraak ooit. Vooral geiten op boerderijen in Noord-Brabant en ook Limburg werden ziek. Daarna raakten tienduizenden mensen besmet, meer dan honderd patiënten overleden. Adema: „We mogen ze niet vergeten. Mensen hebben de pech gehad dat ze ziek werden en bleven. Ze verdienen erkenning en herkenning.”
Vrijdag presenteerde Nationale ombudsman Reinier van Zutphen een rapport over de impact van Q-koorts op het leven van patiënten. Het was het derde rapport over Q-koorts van de Nationale ombudsman. Adema nam het met een dubbel gevoel in ontvangst. „Het helpt om de problemen zichtbaar te maken. Maar hopelijk is dit het laatste rapport over Q-koorts”, stelde ze.
De commissaris van de Koning wees erop dat het niet toevallig is dat Van Zutphen deze rapportage twaalf jaar na het eerste rapport over Q-koorts aanbood op het provinciehuis in Noord-Brabant. „De eerste grote uitbraak was in 2007 in Herpen. Dit is nog altijd de grootste Q-koortsepidemie en die heeft onze provincie heel hard geraakt.”