Nederlandse marine werkt aan nieuwe vloot
De Koninklijke Marine maakt vaart met de vlootvernieuwing. De twee grootste oorlogsschepen en vier patrouilleschepen maken plaats voor zes nieuwe amfibische transportschepen. Geschikt voor oorlog, gebouwd door Damen.
De marine krijgt vanaf 2032 een nieuwe scheepsklasse van zes nieuwe schepen, schrijft demissionair staatssecretaris Christophe van der Maat woensdag aan de Tweede Kamer. De kosten kunnen oplopen tot 2,5 miljard euro.
Van der Maat kondigt hiermee de tweede vlootvernieuwing in één week tijd aan. Vrijdag presenteerde hij de vervanging van de vier fregatten. Met een prijskaartje van een slordige 8 miljard euro zou dit het „grootste maritieme” project in de geschiedenis zijn.
De marine haalt in de nieuwe plannen twee zware jongens uit de vaart: Zr.Ms. Rotterdam (lengte 166 meter) en Zr.Ms. Johan de Wit (176 meter). Ook de vier lichte patrouilleschepen van de Hollandklasse (108 meter), geschikt voor kustwachttaken, ruimen het veld.
De eerste van de zes gloednieuwe amfibische transportschepen (lengte pakweg 140 meter) kan in 2032 het ruime sop kiezen; de laatste in 2038. De opzet is simpel: één schip eruit, één schip erin. De oudste te vervangen oorlogsboot, Zr.Ms. Rotterdam, haalt 2032 niet; het einde van de levensduur valt in 2028. De marine onderzoekt mogelijkheden om het schip langer in de vaart te houden.
De nieuwe scheepsklasse, met bijvoorbeeld twee helidekken, bevindt zich qua afmeting en diepgang tussen de grote en kleine marineschepen. De vaartuigen zijn, anders dan de lichte patrouilleschepen, geschikt voor inzet in oorlogssituaties. Geen overbodige luxe, gezien de verslechterde veiligheidssituatie wereldwijd.
De nieuwe oorlogsbodems sluiten aan op het nieuwe concept van het Korps Mariniers, de vechtjassen van de marine. „De nieuwe moderne amfibische doctrine vraagt om licht, snel en verspreid optreden”, stelt de staatssecretaris.
De amfibische transportschepen krijgen een breed takenpakket. „Van amfibische operaties tot maritieme veiligheidsoperaties en humanitaire hulpverlening.” De vaartuigen kunnen ook dienst doen als stationsschip in het Caraïbisch gebied.
Nederland werkt bij de vervanging nauw samen met de Britten. Ook al opereren beide landen met verschillende vaartuigen, toch kopen ze dezelfde kranen, hijsinstallaties, dokdeuren en heli-installaties.
De timing van de vlootvernieuwingen is opvallend. Eind februari lekte uit dat de kans groot is dat Nederland vier onderzeeboten bestelt in Frankrijk. Daarmee vist Damen achter het net. Het nieuws leidde tot commotie in de maritieme sector en bij provincies, uit vrees voor verlies aan werkgelegenheid. SGP-leider Chris Stoffer vroeg om een spoeddebat.
Alle vernieuwingen ten spijt is er vooralsnog alleen sprake van vervanging, niet van uitbreiding van de vloot.