Yeşilgöz houdt vast aan aanpak overlastgevende asielzoekers
Het plaatsen van overlastgevende asielzoekers in de zogeheten procesbeschikbaarheidslocatie in Ter Apel gaat door. Dat schrijft minister Yeşilgöz (Justitie en Veiligheid) in antwoord op Kamervragen van de SP.
De bewuste locatie is met hekken afgesloten van de rest van het terrein. Erbinnen geldt een streng en sober regime. Zo hebben asielzoekers een verplicht dag- en avondprogramma en mogen ze de locatie twee keer een uur per dag verlaten, verder niet. Formeel is de gedachte dat ze zich beschikbaar dienen te houden in verband met de behandeling van hun asielaanvraag. Staatssecretaris Van der Burg vatte de aanpak vorig jaar zomer samen door te zeggen dat de asielzoeker op een dag zoveel afspraken krijgt dat deze binnen moet blijven.
Enkele weken terug onthulde NRC dat Yeşilgöz de aanpak niet liet voorbereiden door een team van eigen justitieambtenaren. In plaats daarvan ging ze in zee met een Amsterdamse veiligheidsadviseur, met wie ze in het verleden samen de Top-600-aanpak van veelplegers heeft opgesteld. Die aanpak was gerechtvaardigd, schetst ze tegenover de SP: „In de zomer van 2022 was sprake van een onhoudbare situatie in de migratieketen, met name in Ter Apel. Deze situatie vroeg om een directe noodoplossing met een brede aanpak.” De minister benadrukt ook dat er vanuit de Tweede Kamer is aangedrongen om de aanpak in Ter Apel, die gold als „een pilot”, structureel in te voeren „en waar mogelijk en noodzakelijk toe te passen op andere locaties waar problematiek met overlastgevers speelt.”
Die uitbreiding staat Yeşilgöz nog steeds voor ogen. Voor het zomerreces wil ze de Kamer daarover verder informeren, zo meldt ze de SP. Ook bevestigt ze dat medewerkers van de politie de zorg hebben uitgesproken dat het uitvoeren van de pilot etnisch profileren in de hand zou werken, zoals NRC schreef. Na een „gezamenlijk commitment, met inachtneming van de bestaande werkprocessen, procedures, rollen en verantwoordelijkheden” zou de kou uit de lucht zijn geweest. Van een poging om een politiechef over te plaatsen omdat hij weigerde mee te werken aan de pilot –een andere onthulling van NRC– zou aldus Yeşilgöz geen sprake zijn geweest.
De Vreemdelingencirculaire 2000 bakent de reikwijdte van de term overlast niet minutieus af. Dat geeft professionals volgens Yeşilgöz de ruimte voor een eigen afweging. Verbale of fysieke agressie in de opvang valt daar volgens haar sowieso onder te scharen. Dat iemand gesignaleerd staat vanwege een veroordeling van een strafbaar feit in een andere EU-lidstaat ook. Het Vreemdelingenbesluit zou op zijn beurt weer de vrijheid bieden om af te wijken van de voorgeschreven rust- en voorbereidingstijd voor bepaalde verhoren; iets wat in de procesbeschikbaarheidslocaties dus veelvuldig gebeurt. Yeşilgöz weigert dan ook de pilot „op het randje” te noemen. De kern is volgens haar het versnellen van procedures binnen het bestaande recht.
Een asielzoeker uit Algerije, die zijn plaatsing in de procesbeschikbaarheidslocatie aanvocht bij de rechtbank is vrijdag echter in het gelijk gesteld. Volgens de rechter kan de overheid een vreemdeling inderdaad verplichten om zich in verband met het onderzoek naar de inwilligbaarheid van de asielaanvraag beschikbaar te houden op een aangewezen plaats, maar ging de vrijheidsbeperking die de Algerijnse asielzoeker kreeg opgelegd, te ver. Onvoldoende gemotiveerd is onder andere waarom de man ook binnen moest zijn op de dagen of momenten waarop hij geen afspraken had in het kader van de asielprocedure. Volgens de uitspraak dient hij toegang te krijgen tot een reguliere opvangplek in een azc.