Binnenland

MH17-ramp kostte de Staat zeker 166 miljoen euro

Het neerhalen van vlucht MH17 in juli 2014 heeft Nederlandse overheidsinstanties tot en met 2022 zeker 166 miljoen euro gekost. Het onderzoek naar de toedracht van de ramp nam het grootste deel van de kosten in beslag: meer dan 53 miljoen euro. Dat meldt de Algemene Rekenkamer donderdag in een rapport.

ANP
29 February 2024 11:40Gewijzigd op 29 February 2024 12:11

Het kabinet had de Rekenkamer gevraagd de kosten op te stellen om Nederland te helpen bij de zaak om staatsaansprakelijkheid van Rusland die voorligt bij ICAO, de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie van de Verenigde Naties. Op 17 juli 2014 kwamen bij het neerhalen van vlucht MH17 boven Oekraïne alle 298 passagiers en bemanningsleden om het leven, onder hen waren 196 Nederlanders. Het leed van de nabestaanden is onmogelijk in geld uit te drukken, benadrukt president Pieter Duisenberg, maar het is voor de zaak tegen Rusland wel belangrijk om de kosten in beeld te brengen.

Zo’n 34 miljoen euro ging naar strafvervolging en berechting. Dat bedrag zal nog behoorlijk oplopen, verwacht de Rekenkamer, bijvoorbeeld vanwege de zaak die loopt bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Aan repatriëring was de overheid bijna 23 miljoen euro kwijt.

Er zaten uiterst schrijnende kosten tussen de enorme optelsom, waar de onderzoekers door zijn geraakt, geeft president Pieter Duisenberg van de Rekenkamer desgevraagd aan. Hij noemde als voorbeeld 365 euro voor het schoonmaken van de knuffels van omgekomen kinderen.

De Rekenkamer benadrukt dat het om een tussenstand gaat. Hiervan komt elk jaar een update. Zo zal voor 2023 zeker 16,5 miljoen euro worden toegevoegd. Dit bedrag heeft de Staat in augustus vorig jaar aan schadevergoedingen voorgeschoten aan de nabestaanden van de slachtoffers. Deze schadevergoeding is voorgeschoten, omdat uiterst onzeker is dat de door de Nederlandse rechter veroordeelde daders dit bedrag ooit echt zullen betalen. De verwachting is dat er ook kosten bijkomen voor psychotraumatische zorg voor nabestaanden.

De Rekenkamer heeft kosten verwerkt van in totaal 83 overheidsorganisaties, waaronder tien ministeries, twee provincies en 59 gemeenten. Ook bij tien publieke instellingen, waaronder de Nationale Politie, het Openbaar Ministerie, het Nederlands Forensisch Instituut en de Onderzoeksraad voor Veiligheid, zijn kosten opgevraagd. Het onderzoek duurde twee jaar. De Rekenkamer heeft geen tegenwerking ervaren, maar sommige gemeenten hebben wel aangegeven dat het lastig was om bepaalde informatie te krijgen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer