NAVO moet Erdogan tot de orde roepen
Voor de Turkse veiligheidsdienst begon het nieuwe jaar met een zogenaamd succes: op 2 januari meldde minister van Binnenlandse Zaken Ali Yerlikaya de arrestatie van 33 personen die voor de Israëlische inlichtingendienst Mossad zouden hebben gespioneerd. Volgens Yerlikaya waren de 33 verdachten van plan buitenlanders op Turks grondgebied in de gaten te houden en mogelijk te ontvoeren.
Het hoofd van de Israëlische binnenlandse veiligheidsdienst Shin Bet zei eerder dat Israël er niet voor terugdeinst op Hamas-kopstukken te jagen in landen als Libanon, Turkije en Qatar. Turkije liet daarop weten dat zo’n stap op Turks grondgebied „serieuze gevolgen” zou hebben.
De arrestatie van de verdachten zet de relatie tussen Turkije en Israël verder op scherp. Deze is sinds het uitbreken van de oorlog op 7 oktober vorig jaar tussen de terreurorganisatie Hamas en de Israëlische staat flink verslechterd. Zo weigert de Turkse president Recep Tayyip Erdogan om Hamas als terroristische organisatie te betitelen.
Turkije staat al jaren achter Hamas. In 2011 nodigde Erdogan Hamas uit een vertegenwoordiging in Turkije te openen. De terroristen gaven direct gehoor aan de invitatie. Sindsdien geldt Turkije als een veilige haven voor Hamas. Erdogan maakt van zijn steun voor Hamas totaal geen geheim. Hij houdt gewoon openbare ontmoetingen met Hamas-leiders. In 2020 verleende Ankara zelfs het Turks burgerschap aan dertien Hamas-leiders. Daardoor kunnen deze terroristen, of zoals Erdogan ze totaal misplaatst vrijheidsstrijders noemt, zich wereldwijd vrij bewegen.
Waarom schaart Turkije als enige NAVO-lidstaat zich achter een terreurorganisatie als Hamas? De Turkse regering scoort bij de eigen bevolking met de anti-Israëlische retoriek. De Turkse bevolking, zowel het islamitische als het seculiere deel, geniet ervan als Erdogan de Israëlische premier Benjamin Netanyahu vergelijkt met Adolf Hitler.
De Turkse president buit het conflict tussen Israël en Hamas uit met het oog op de in maart in Turkije te houden gemeenteraadsverkiezingen. Erdogans partij is er alles aan gelegen de belangrijke metropool Istanbul te heroveren.
Wat niet of nauwelijks in het nieuws komt, is dat de Joden in Turkije lijden onder Erdogans anti-Israëlische retoriek. Het antisemitisme is sowieso al diepgeworteld in Turkije, maar de laatste jaren is er sprake van een algemene verbreiding van Jodenhaat in Turkije. Er zijn zelfs kranten die eisen dat het staatsburgerschap aan de leden van de uiterst kleine Joodse gemeenschap moet worden ontnomen. Hoe reageren de Joden in Turkije op dergelijke uitlatingen? Ze zwijgen om te kunnen overleven.
Het wordt tijd dat Erdogan zijn mond houdt en dat de NAVO hem aanspreekt op zijn uitlatingen en gedrag. Dat is wel het minste wat de lidstaten van het Atlantisch bondgenootschap mogen doen.