„Rapport niet strijdig met euthanasiewet”
Het rapport van de commissie-Dijkhuis aan de artsenorganisatie KNMG over ”lijden aan het leven” is niet in strijd met de euthanasiewet en met uitspraken van de Hoge Raad.
Dat stelt staatssecretaris Ross van Volksgezondheid in een brief die ze woensdag namens het kabinet aan de Tweede Kamer heeft gestuurd. De bewindsvrouw zal de discussie binnen de KNMG over het rapport-Dijkhuis nauwlettend volgen en daarna de Kamer opnieuw informeren.
Ross vindt dat de media een onjuist beeld hebben geschetst van Dijkhuis’ advies. Volgens de bewindsvrouw hebben kranten „de indruk gewekt dat het advies zou inhouden dat het begrip ”ondraaglijk lijden” ruimer moet worden geïnterpreteerd dan de Hoge Raad heeft gedaan in het arrest-Brongersma. Mijn inziens is het advies voorzichtiger.”
In het arrest-Brongersma sprak de Hoge Raad uit dat lijden aan het leven op zichzelf geen reden is voor euthanasie. Alleen als medisch kan worden vastgesteld dat lichamelijke of geestelijke stoornissen ontstaan als gevolg van dat lijden, is doden op verzoek onder voorwaarden toegestaan.
Volgens Ross noemt Dijkhuis de opvatting dat lijden aan het leven op zichzelf voldoende is voor euthanasie, als een van de mogelijke opvattingen. Daarmee neemt hij volgens haar geen standpunt in. Ook de opmerking in het rapport van Dijkhuis dat er geen aanleiding is om de euthanasiewet op te rekken, stelt Ross vooralsnog gerust.
Dijkhuis schrijft in zijn rapport dat sommige artsen vinden dat lijden aan het leven een medisch vast te stellen aandoening is en dus reden kan zijn voor euthanasie. Andere artsen zijn het daar niet mee eens. Zij willen nader onderzoek naar de vraag of lijden aan het leven tot het medisch domein behoort.
Dijkhuis vindt dat de KNMG nader onderzoek moet bepleiten. De artsenorganisatie heeft toegezegd een discussie te starten onder artsen. Staatssecretaris Ross wacht met een definitieve reactie tot het moment dat de discussie in KNMG-kring is afgerond.
In een eerste reactie op het rapport van Dijkhuis, half december, was Ross stelliger in haar opvatting. Toen zei haar woordvoerder dat uitvoering van Dijkhuis’ opvatting over het doden van mensen die lijden aan het leven, niet kan zonder wetsaanpassing.