Kerk & religieUit de kerkelijke bladen
Ds. W. Pieters: Ik denk weleens: de Heere heeft de verkeerde persoon uitgezocht

Wekelijks een blik op de kerkelijke bladen, aangevuld met citaten uit de kerkelijke wereld.

Redactie kerk
beeld RD
beeld RD

„Vorig jaar werd een ernstige ziekte bij u vastgesteld.

„Een blaastumor. Die is weggehaald. Of er nog wat zit weet ik niet; dat zal de tijd leren. Nu voel ik me zo gezond als een vis voor de tijd van de milieuvervuiling.”

Het bericht deed u weinig?

19988760.JPG
Ds. W. Pieters: „Ik leerde dat ik vanuit mezelf voor geen millimeter geestelijk of godzalig ben.” beeld RD, Henk Visscher

„Het heeft me heel véél gedaan. De dokter dacht dat het zeer ernstig was; we vreesden dat de hele blaas verwijderd zou moeten worden. Mogelijk had zelfs dat geen zin meer. Dan komt de dood ineens heel dichtbij en voel je dat je daar niet zomaar aan toe bent. Zo lag dat in ieder geval bij mij. Ik heb een gezin met thuiswonende kinderen, sta midden in het leven en was het niet eens met God.

Ik weet dat ik elke dag even sterfelijk ben, met of zonder ziekte, maar die wetenschap functioneerde niet echt. Er was opstand. Ik leerde ervan dat ik vanuit mezelf voor geen millimeter geestelijk of godzalig ben. Alleen door genade is het bij tijden anders, maar ik kan er niks van vasthouden. Al mag ik ook weten dat God Zijn werk volhoudt!”

Was dat een confronterende ontdekking voor iemand die al zo lang preekt?

„Het laat zien dat ik totaal ongeschikt ben als dominee en dat ik vanuit mezelf nérgens voor deug. Dat is het enige wat er van Wouter Pieters overblijft. Ik denk weleens: de Heere heeft de verkeerde persoon uitgezocht. Ik kende mezelf al wel een beetje, maar zo’n ervaring is toch een schok. Zó ben ik dus. Ik ga daardoor wat voorzichtiger praten tegen mensen die een soortgelijke boodschap krijgen. De dood aanvaarden doet een mens pas als God het geeft. Die momenten waren er ook. Ik heb veel geleerd van het kinderversje:

Dank U, voor deze nieuwe morgen,

Dank U, voor deze nieuwe dag.

Dank U, dat ik met al mijn zorgen

Bij U komen mag.

Dat leerde me per dag te leven, zoals ds. Van der Poel het eens uitdrukte. Aan bezoek had ik geen behoefte. Ook dat was voor mij een les. Dring je niet op als mensen ernstig ziek zijn. Zeker als ze zich geesteloos voelen, zitten ze misschien niet op het bezoek van een predikant te wachten. Ik wilde niet ziek heten.”

Voor het oog lijkt u door weinig van slag te brengen.

„Door de tijding dat ik mogelijk snel zou gaan sterven, was ik wel van slag; erg van slag. Ik kan ook heel neerslachtig zijn. Vaak moet ik mezelf afkeuren. „Het liefst zat ik in een hutje op de hei”, zei mijn vader meer dan eens. Hij was ouderling in de hervormde kerk van Ede. Soms wilde hij alles ontlopen. Weg, weg, weg… Dat herken ik, maar ik ben nuchter genoeg om te weten dat het niet kan, ook niet mag. Er zijn ook heel positieve ervaringen, maar kritiek doet mij meer dan mensen denken. Vooral omdat ik moet erkennen dat veel kritiek terecht is. Ik ben niet die ik moet zijn en ik preek niet zoals ik moet preken. Aan alle kanten ben ik een afgekeurd mens. Zo ga ik over de aarde.”

Dat drukt u meer terneer dan de kerkelijke omstandigheden?

„Ja, die houden me niet zo bezig. Ik weet hoe ze zijn, maar in 1923 of in 1823 was het niet anders. In de tijd van de Franse revolutie zeiden de godzaligen: Nu wordt het echt nooit meer wat. Toch hield de Heere ook daarna Zijn kerk in stand, al meer dan tweehonderd jaar. Daarom doe ik niet mee aan al die klaagzangen, al weet ik dat de kerkelijke situatie beroerd is en ervaar ik soms ook de smart daarover. Ik lees graag over opwekkingen in Schotland, in Wales, in Amerika. Tijdens het lezen is er maar één gebed: „Heere, doe dit toch wéér! Daar en hier.”

Die ellendige smartphone richt heel veel schade aan, maar laten we nu niet doen of de mensen nu slechter zijn. Boston schrijft dat er nog nooit zo veel overspel in de gemeente van Ettrick was geweest als tijdens zijn dienstwerk daar. De ene na de andere vrouw werd zwanger door hoererij. In een tijd zonder internet…” (…)

U ziet uit naar Jezus’ wederkomst?

„Ja, dat durf ik wel te zeggen. Tegelijk is dan de genadetijd voorbij. Dat maakt het bidden om Zijn komst weer moeilijk. Ik zou zo graag zien dat alle mensen God gaan vrezen. Vóórdat Hij terugkomt, of dóórdat Hij terugkomt, zoals sommige chiliasten zeggen. Belangrijk is het gebed: „Laat Uw Koninkrijk komen. Regeer ook mij en al mijn geliefden door Uw Woord en Uw Geest zo, dat wij ons hoe langer hoe meer aan U onderwerpen.” Het is mijn hartelijke wens en mijn levenslange inzet dat mijn hemelse Vader ook door mij Zijn Kerk bewaart en vermeerdert.””

Reformatorisch familieblad Terdege sprak met ds. W. Pieters, predikant van de hersteld hervormde gemeente in Elspeet.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer