Oudjaarsavond met een open Bijbel
Vuurwerk en oliebollen: Nederland kent diverse eindejaarstradities. Voor het gezin Beens hoort een open Bijbel bij de laatste avond van het jaar.
Oudjaarsavond begint voor Gabriëlle Beens-Zieleman (49) uit Genemuiden al vroeg; de kerkdienst is dit jaar om vijf uur afgelopen. Het gezin gaat daarna met elkaar eten, dit keer met negen personen. De zoon van 19 is er met zijn vriendin en een vriend en de jongste dochter van 13 heeft een vriendin te logeren. Ook de ouders van Beens komen. „Dat is echt een traditie geworden.”
Na het eten zit het gezin met elkaar in de woonkamer en wordt de sjoelbak van zolder gehaald. „Rond halftwaalf lezen we met elkaar Psalm 90 en doet mijn man een gebed. Als het twaalf uur wordt, wensen we elkaar een gezegend nieuwjaar.”
Ook Carin Modderkolk-Laban (62) uit Bennekom heeft met oudjaar vaste gewoonten. De kinderen zijn het huis uit, waardoor het echtpaar op de laatste avond van het jaar samen is. Ze eten wat oliebollen, luisteren naar koormuziek en lezen Psalm 90.
Opblijven doen ze niet. „We zijn vrij nuchter en zien er geen meerwaarde in om tot twaalf uur in de kamer te zitten. Meestal gaan we rond elf uur naar bed. De volgende morgen wensen we elkaar het beste.”
Vuurwerk
Tot 10 jaar geleden woonde Modderkolk, werkzaam als medisch pedicure, in Rijssen. Daar wordt op oudjaarsavond ”Töafelkesoawnd” gevierd. Er wordt dan veel vlees gegeten. „Daar hebben we aan meegedaan tot onze verhuizing. In Bennekom leeft dat soort tradities veel minder. We wonen ook in een rustige buurt, waar nauwelijks vuurwerk wordt afgestoken.”
Beens heeft, op oliebollen na, niet zoveel met eindejaarstradities. Toch merkt ze dat je daar in een gezin met opgroeiende kinderen niet aan ontkomt. „Onze zoon van 19 koopt altijd vuurwerk in Duitsland. De afgelopen jaren ging mijn man altijd mee. Hij probeerde hem dan te sturen in wat hij kocht. Dat werkt beter dan het achteraf te verbieden.”
Haar zoon vindt vuurwerk nog altijd leuk, maar de Genemuidense merkt wel dat hij ouder wordt. „Vroeger spaarde hij er echt voor. Nu gaat hij er verstandiger mee om en ziet hij in dat er meer is dan vuurwerk.”
Epilepsie
Beens –lid van de cgk in Genemuiden– vindt de oudjaarsdienst waardevol. „De namen van degenen die in het afgelopen jaar overleden zijn, worden afgelezen. We zingen ”Gelijk het gras is ons kortstondig leven” en ”Maar ’s Heeren gunst zal over die Hem vrezen”. We mochten het jaar met God beginnen, dan is het ook mooi om met Hem af te sluiten.”
De laatste uren van het jaar vervullen Beens altijd met weemoed. „We zijn allemaal gezond en mijn man en ik mogen allebei onze ouders nog hebben, terwijl ik om me heen veel mensen zie wegvallen. Ik vraag me vaak af wat het nieuwe jaar gaat brengen.”
Modderkolk denkt op oudjaarsavond altijd terug aan wat in het gezin gebeurd is. „Er ligt een bewogen jaar achter ons. We hebben een kleinkind verloren na zeven maanden zwangerschap. Een ander kleinkind heeft epilepsie overgehouden aan een hersenbloeding bij de geboorte en een zoon is met zijn gezin naar Brazilië geëmigreerd.”
Desondanks is de medisch pedicure hoopvol voor het nieuwe jaar. „De schoondochter van wie het kindje overleden is, is weer zwanger en dat gaat tot nu toe goed. We mogen ook nog altijd samen zijn. God zorgt. Dat geeft vertrouwen voor de toekomst.”