Meditatie: Jezus-Zaligmaker
Lukas 2:11
„Namelijk, dat u heden geboren is de Zaligmaker, Welke is Christus de Heere, in de stad Davids.”
Gods kind verlangt in de eerste plaats de hemelse vreugde van de dagelijkse aanwezigheid van Jezus. Dit gebeurt naar Zijn eigen woord: „Zo iemand Mij liefheeft, die zal Mijn woord bewaren en Mijn Vader zal hem liefhebben, en Wij zullen tot hem komen en zullen woning bij hem maken.” Iets hogers kan een ziel voor zich niet wensen, dan deze innerlijke komst van de Zoon en in Hem, de Vader, dan deze komst van de Heere in onze harten, omdat Hij ons met Zichzelf verbroedert en verenigt. Zodat wij, naar het woord van de apostel, één lichaam en één geest met Hem worden, leden van Zijn lichaam, van Zijn vlees en Zijn gebeente. Zodat Zijn liefde ons vervult, Zijn Geest ons verlicht, Zijn leven ons doordringt en wij een met Hem worden, dat wij in Hem blijven en Hij in ons.
Wie daarvan iets heeft ondervonden, die verstaat pas de boodschap van Zijn komst: „Uw Koning komt tot u”, en zij vervult hem met grotere blijdschap dan wanneer alle konings- en keizerskronen hem geschonken werden. Er is immers niets groter en heerlijker in de hemel en op de aarde, dan de inwoning van de Heere Jezus. Voor zulke zielen is dan ook de aanstaande komst van Christus het voorwerp van de hoogste vreugde. Zoals Hij zichtbaar naar de hemel gevaren is, zo zal Hij ook weerkomen op de aarde.
Sixt Karl von Kapff, predikant te Korntal
(”Keur van leerredenen”, 1859)