Meditatie: Kerstvreugde
Lukas 1:68
„Geloofd zij de Heere, de God Israëls, want Hij heeft bezocht en verlossing teweeggebracht Zijnen volke.”
Onze ziel hoopt en verblijdt zich met Jesaja 61:10: „Ik ben zeer vrolijk in de Heere, mijn ziel verheugt zich in mijn God, want Hij heeft mij bekleed met de klederen des heils, de mantel der gerechtigheid heeft Hij mij omgedaan; gelijk een bruidegom zich met priesterlijk sieraad versiert en als een bruid zich versiert met haar gereedschap!” (Jesaja 61:10). Mochten wij toch allen aan deze vreugde deel krijgen, zodat wij bij de uitroep „Ziet, uw Koning komt tot u” meer feestelijk gezind en vrolijker zouden zijn dan wanneer ons de hoogste aardse vreugde zou worden aangekondigd. Ja, verheug u allen in het grote heil dat ons opnieuw door Jezus’ komst wordt aangebracht! Verblijd u daar ook over, u, bedroefde en lijdende, aangevochten en bekommerde ziel: „Wees blij in God, gij armen! Uw Koning maakt u rijk. Hij wil u, vol erbarmen, liefderijk verzorgen. Komt, nader zonder vrezen en breng Hem uw groet. Uw smart wil Hij genezen, Die alle leed verzoet.” Voor een ziel die met vreugde vervuld wordt vanwege de komst van Jezus in het vlees, vanwege Zijn leven en Zijn dood, Zijn opstanding en Zijn uitstorting van de Heilige Geest, wordt Zijn eerste komst een levende werkelijkheid. Voor een ziel die zich de eeuwige vruchten van Jezus’ eerste komst in en door het geloof heeft toegeëigend, wordt Zijn verschijning een werkelijkheid die steeds heerlijker wordt.
Sixt Karl von Kapff, predikant te Korntal
(”Keur van leerredenen”, 1859)