In mei werd trifluorazijnzuur (TFA) aangetroffen in het afvalwater van Chemours. Het bedrijf heeft geen vergunning voor deze stof, die door het RIVM onder de potentieel zeer zorgwekkende PFAS wordt geschaard. Chemours zegt niet te hebben geweten dat tijdens het productieproces TFA ontstond. De kunststoffenproducent onderzoekt nu via welke methode deze stof uit het water te filteren is.

„De koolstoffilters die we gebruiken voor GenX houden dit in ieder geval niet tegen, zo blijkt”, aldus een woordvoerder van Chemours. „Dat geeft wel aan hoe lastig het is. De technologie is de beperkende factor, niet onze inzet.”

Het bedrijf hoopte van de rechter de tijd te krijgen om een goede filtermethode te vinden, maar die tijd krijgt Chemours niet. Dat betekent dat de provincie vanaf 1 januari steeds 125.000 euro boete kan opleggen als TFA wordt aangetroffen, met een maximum van 1,25 miljoen euro.

Volgens de woordvoerder is het „absoluut niet” zo dat Chemours dus na de jaarwisseling dagelijks een boete gaat krijgen. „Het betreft geen structurele lozingen”, zegt de woordvoerder. „TFA zit zeker niet dagelijks in het afvalwater, dat blijkt uit allerlei metingen.”

Chemours heeft een vergunning aangevraagd om jaarlijks maximaal 127 kilo TFA te mogen lozen, maar die vergunning is vooralsnog niet binnen. Volgens de advocaat van Chemours kan voorlopig alleen door de fabriek stil te leggen worden voorkomen dat er TFA wordt geloosd. Dat lijkt het Dordtse bedrijf niet van plan te gaan doen.

De provincie Zuid-Holland is maar deels tevreden met de uitspraak, omdat een andere dwangsom door de rechter werd opgeschort. Dat betrof de uitstoot van een andere stof, waarbij volgens de rechter geen sprake was van een overtreding.

De provincie zegt samen met milieudienst DCMR de uitspraken grondig te bestuderen. „Op basis daarvan bepalen wij onze vervolgstappen. Ons belangrijkste doel is een gezonde, schone en veilige leefomgeving voor onze inwoners. Om dit te bereiken blijven we als provincie zoeken naar de uiterste ruimte binnen de wet.”