De stad Bethlehem ligt even ten zuiden van Jeruzalem. Langs de hoofdweg van Israëls hoofdstad naar Bethlehem –ergens in de buurt van de velden van Efratha– zijn imposante machines bezig een heuveltop bouwrijp te maken. Het is duidelijk: over niet al te lange tijd zijn beide steden aan elkaar gegroeid.

Tegelijkertijd is er niets wat de indruk wekt dat Bethlehem in de nabije toekomst voor iedereen moeiteloos te bezoeken is. Wie de weg van Jeruzalem naar Bethlehem achteloos volgt, stuit namelijk op een obstakel van formaat: een metershoge muur.

Lees ook

Vrede in Israël? Alleen door de Heere Jezus!

Te voet kun je Bethlehem alleen binnen door een draaihek; automobilisten wacht een checkpoint. Als Nederlander wordt je daar zelden een strobreed in de weg gelegd. Voor Israëli is dat anders. Grote rode borden maken duidelijk dat het anno 2023 voor Joden „levensgevaarlijk” is om Bethlehem binnen te gaan.

Je kúnt de schreeuwende waarschuwingsborden negeren. Ditmaal wordt je echter van alle kanten verzekerd dat het onverstandig is om de stad binnen te gaan. „Wat als radicalen je ontvoeren”, klinkt het bezwerend. En: „Weet je wel dat zelfs sommige Arabische Israëli de stad nu mijden?” Een lid van de Israëlische grenspolitie beweert overigens het tegenovergestelde. Volgens hem is Bethlehem volkomen veilig voor toeristen.

Bible College

Toch, een gewaarschuwd mens telt voor twee. Pijn doet het wel. Want net aan de andere kant van de muur bevindt zich het Bethlehem Bible College. Deze hogeschool functioneert als kloppend hart van de protestants-Palestijnse gemeenschap.

Gelukkig is er begrip. Telefonisch bevestigt Shireen Awwad Hilal, een van de leidinggevenden van het college, de zorgelijke situatie. „De mensen hier in Bethlehem zijn bezorgd, verdrietig en boos. Dit zouden de mooiste weken van het jaar moeten zijn; ons leven is nu een nachtmerrie.”

Daarvoor zijn allerlei redenen aan te wijzen. Zo is er veel persoonlijk leed. Hilal vertelt dat twee van haar ooms zijn gedood in Gaza – haar moeder komt oorspronkelijk uit Gaza. Ook veel andere (christelijke) inwoners van Bethlehem hebben familiebetrekkingen in Gaza.

En dan is er de economische misère. De Israëlische autoriteiten hebben om veiligheidsredenen een belangrijk deel van de Westelijke Jordaanoever afgesloten. Dat is een strop voor de duizenden mannen uit Bethlehem en omliggende dorpen die in bijvoorbeeld Jeruzalem werken.

Daar komt nog bij dat er deze decembermaand geen toerist in Bethlehem te vinden is. Was er ruim 2000 jaar geleden geen ruimte in de herberg; nu is er plek genoeg in de hotels van Jezus’ geboortestad. De schaduwzijde: veel ”locals” die actief zijn in de toeristenbranche verliezen hun baan. Hilal: „Een normaal land luidt bij een werkloosheidspercentage van 7 procent de noodklok. In Bethlehem is op dit moment zo’n 60 tot 65 procent van de bevolking werkeloos.”

De barre situatie treft ook Bethlehem Bible College, vervolgt ze. „Een aanzienlijk deel van onze christelijke supporters uit het buitenland heeft de geldkraan dichtgedraaid. Men is bang dat er fondsen via ons terechtkomen bij Hamas.” De Palestijnse heeft er geen goed woord voor over: „Alsof wij Hamas steunen?! Wij werken volgens de principes van het Evangelie en zullen ons daarom nooit inlaten met geweld.”

Kerst

Ondertussen doet de hogeschool er alles aan om te midden van de donkere situatie door te gaan met het verspreiden van het Evangelielicht. Zo ontvangen gezinnen waarvan de kostwinner werkeloos is geworden „zakgeld”.

„Het is een druppel op een gloeiende plaat”, verzucht Hilal. „En dan wordt het ook nog eens Kerst. Cadeaus, plezier en gezelligheid; het is er bij ons in Bethlehem niet bij dit jaar. Voor de eerste keer in mijn leven leer ik wat Kerst écht betekent: Jezus Christus zoekt ons op in onze sores. Hij weet wat voor pijn en verdriet het leven hier op aarde met zich mee kan brengen.”

De auteur woonde en werkte in Jeruzalem. Hij is tegenwoordig werkzaam voor Stichting Steun Messiasbelijdende Joden.