„Onderzoek naar foltering in Chinese gevangenissen”
De hoge commissaris voor de mensenrechten van de Verenigde Naties heeft China donderdag ertoe opgeroepen de VN toestemming te geven voor onderzoek naar het „zeer wijdverbreide” gebruik van foltering in Chinese gevangenissen.
Hoge commissaris Mary Robinson bracht deze week een tweedaags bezoek aan China en tekende gisteren een samenwerkingsovereenkomst met onderminister van Buitenlandse Zaken Wang Guangya. Volgens Wang bewijst de overeenkomst dat de Chinese regering samenwerking met andere landen en VN-instellingen serieus neemt.
Volgens mensenrechtenorganisaties wordt marteling in China vaak gebruikt om gevangenen en verdachten van misdrijven bekentenissen af te dwingen. Robinson zei dat zij president Jiang
Zemin zou vragen toestemming te geven voor een bezoek van een VN-waarnemer op het gebied van foltering. „Het is een zeer wijdverbreide praktijk”, zei Robinson.
In 1999 gelastten de VN een bezoek van een waarnemer af toen Peking de expert geen toestemming wilde geven om zonder aankondiging gevangenissen en politiebureaus te bezoeken of onder vier ogen met gevangenen te spreken. Nu heeft China gezegd dat de VN-waarnemer welkom zal zijn, hoewel de twee partijen nog geen afspraken hebben gemaakt over de voorwaarden voor een bezoek.
Robinson sprak gisteren ook haar bezorgdheid uit over het feit dat „een aantal landen” de oorlog tegen terrorisme aangrijpt als een excuus om legitieme en vreedzame tegenstand de kop in te drukken. „Het is noodzakelijk om maatregelen te treffen om terrorisme te bestrijden, maar er moeten ook zeer duidelijk grenzen zijn”, zei Robinson. De hoge commissaris zei zich met name zorgen te maken over Tibet en de moslims in het noordwesten van China. Buitenlandse activisten hebben China ervan beschuldigd gebruik te maken van de wereldwijde antiterreurcampagne om onafhankelijksbewegingen te vermorzelen.