Asielopvang verdeelt ‘gepasseerde’ Zuid-Hollandse Staten
Een deel van de Provinciale Staten in Zuid-Holland voelt zich gepasseerd in de aanpak van de asielopvangcrisis. Enkele partijen eisten tijdens een commissievergadering meer inspraak, onder meer over het aantal asielzoekers dat Zuid-Holland moet opvangen. Jaap Smit, de commissaris van de Koning, benadrukte dat de Rijksoverheid dit bepaalt en niet de provincie.
„Deze opgave wordt elders bepaald, zo werkt het soms ook. Als provincie gaan wij hier niet over”, zei Smit, die zelf als afgevaardigde van het Rijk wel een coördinerende rol heeft in de asielopvang. Hij schoof daarom aan bij de commissievergadering om vragen te beantwoorden.
Aanleiding voor de discussie was een brief die het college van Gedeputeerde Staten eind september, vooruitlopend op de behandeling van de spreidingswet, naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. Daarin schrijft het dagelijks bestuur van de provincie dat het niet realistisch is van het Rijk om van Zuid-Holland zo’n 20.000 structurele opvangplaatsen voor asielzoekers te verlangen. Het college noemde een aantal van 10.000 als alternatief.
Niet zozeer de verlaging van het aantal, maar het feit dat de brief werd gestuurd zonder overleg viel verkeerd bij enkele partijen. Zo vinden BBB, JA21 en SGP dat Provinciale Staten meer inspraak moet hebben over dit thema. BBB-fractievoorzitter Hans Veentjer wees als voorbeeld op de spoedopvang voor 100 tot 120 asielzoekers die afgelopen weekeinde werd ingericht in een hotel in Kijkduin.
Volgens gedeputeerde Anne Koning (wonen en ruimtelijke ordening) hebben de Staten hier echter geen rol in. „We hebben in de Kamer aandacht willen vragen voor de verdeelsystematiek en daarom een brief gestuurd, om een signaal te geven dat er zorgen zijn in Zuid-Holland. Dat lobbywerk is een deel van ons takenpakket. Als we zo’n brief steeds vooraf moeten voorleggen aan de Staten, dan denk ik dat we iedere keer te laat zijn.”
De kritische opmerkingen van een deel van de Staten leidden tot onbegrip bij commissaris Smit. „Ik wil juist steun van u als ik opkom voor de zorgen die er in de provincie bestaan. Het is niet zo dat ik een aanbod heb gedaan en heb gezegd: laat maar komen. Ik heb juist als commissaris mijn zorgen geuit over de opgave die Zuid-Holland heeft gekregen.”
Ondanks het verzoek om een „realistische” opgave is het aantal structurele opvangplaatsen dat de provincie moet realiseren onlangs flink opgehoogd, naar bijna 27.000.