Den Haag bereid tot gesprek met noodlijdend Couperus Museum
De gemeente Den Haag staat positief tegenover een gesprek met het Louis Couperus Museum over de toekomst ervan. Maandag werd bekend dat het museum ter ere van de in Den Haag geboren Couperus vreest voor zijn voortbestaan, als zich geen nieuwe geldschieter aandient. Een woordvoerster van de gemeente Den Haag zegt dat de gemeente niet bekend was met die zorgen, maar „zeker bereid” is om die met het museum te bespreken.
„Louis Couperus is een van de bekendste Nederlandse schrijvers”, zegt ze over de naturalistische schrijver, die bekend is van romans als Eline Vere en Van oude mensen, de dingen die voorbij gaan. „Zijn Haagse romans portretteren de stad.” Couperus (1863-1923) woonde ook enige tijd in toenmalig Nederlands-Indië, waar onder meer zijn boek De stille kracht zich afspeelt.
De oprichter en huidige geldschieter van het Louis Couperus Museum, Caroline de Westenholz, zei maandag in NRC dat de gemeente Den Haag in het verleden „vele verzoeken” om subsidie heeft afgewezen. Volgens haar wordt Couperus te chique en moeilijk gevonden en wil de gemeente vooral bussen met toeristen lokken. „Hij was een Hagenaar, geen Hagenees”, aldus Westenholz, in wier huis het museum gevestigd is, in een interview in de krant.
De woordvoerster van de gemeente zegt in een reactie op het interview in NRC dat het museum in de afgelopen jaren incidenteel subsidie heeft gekregen. Voor de laatste structurele subsidieperiode is door het museum geen aanvraag gedaan. Het museum kan voor de komende vier jaar wel een aanvraag indienen, aldus de woordvoerster.