Hej! Groet als remedie tegen eenzaamheid
Iemand die niet groet is nog minder dan een varken. Het kan goed dat Zweden dit oude gezegde niet kennen. Maar wel maken ze zich in het land zorgen om voorbijgangers die elkaar op straat stoïcijns passeren. Een gemeente vindt dit gedrag ongezond en lanceerde een groetcampagne.
Kenmerkend voor mensen in metropolen is hun blasé attitude: de in zichzelf gekeerde houding waarmee ze over straat gaan. Ze zijn afgestompt door de vele prikkels die het stadsleven rijk is en sluiten zich met deze attitude tegelijk af voor nieuwe impulsen. De Duitse socioloog Georg Simmel lanceerde dit prachtige begrip in een in 1903 verschenen essay. Ik dacht eraan toen ik las over Lulea, een Zweedse gemeente die groeten op straat promoot.
Lulea lijkt een gemeente van dertien in een dozijn. In welke moderne samenleving is het immers wél gebruikelijk om vreemden in het voorbijgaan te groeten? De alomtegenwoordige smartphone heeft het niet groeten ongetwijfeld ook nog eens versterkt. Merk de ander maar eens op als je tuurt op je telefoonscherm en tegelijkertijd oordopjes in hebt. Wat Lulea uitzonderlijk maakt: ze wil het tij keren. Maar eerst iets meer over deze gemeente.
Een blik op de kaart leert dat Lulea behoorlijk noordelijk ligt: meer dan 700 kilometer boven Stockholm en daarmee ver verwijderd van de figuurlijke warmte van de hoofdstad. In Lulea is het ook letterlijk koud. De komende week komt de temperatuur er niet boven het vriespunt uit. Op zijn koudst wordt het 13 graden onder nul. Vrijdag gaat ruim voor koffietijd ’s middags de zon onder. In december zou de zon hooguit drie uur per dag schijnen. In Lulea is het kortom weer om alleen de straat op te gaan als het echt niet anders kan. En dan bij voorkeur diep weggedoken in een dikke winterjas, met een dito muts op tot vlak boven de ogen. En je de rest van de dag afzonderen met je directe naasten in je warme huis, kop dampende chocolademelk binnen handbereik.
Het is mede vanwege het klimaat dat de inwoners van Lulea te introvert zijn en zwijgend door de straten lopen, diagnosticeert de bezorgde gemeente. De sociale verwevenheid, de volksgezondheid, de veiligheid en het welzijn in het algemeen zou in het geding zijn.
De cultuur op straat moet worden hervormd, bedacht Lulea in een eurekamoment. Op 31 oktober startte ze de campagne ”Säg hej”. Via oude en nieuwe media worden mensen opgeroepen anderen in het voorbijgaan weer te begroeten.
Aan maakbaarheidsdenken geen gebrek in het land waar de sociaaldemocratie diep wortel schoot. Zo is de sociale strateeg van de gemeente, Asa Koski, ervan overtuigd dat het welzijn van de inwoners met sprongen vooruit zal gaan als op straat weer massaal ”hej” gaat klinken. „Ha zeggen lijkt iets kleins, maar onderzoek toont dat het sociale banden kweekt en het welzijn verbetert”, zegt zij.
Koski denkt dat de campagne oprukkende eenzaamheid kan tegengaan; in Zweden vooral een groeiend probleem onder 16- tot en met 29-jarigen. Het is van harte te hopen dat de sociale strateeg gelijk krijgt. Maar zou het niet zo zijn dat elkaar niet groeten en kennelijk geen oog hebben voor anderen uiting is van een dieper probleem?