Italië stuurt immigranten naar Albanië
Als het met Europa niet lukt, en met Tunesië ook niet, dan maar met Albanië. Die gedachte lijkt de grondslag te vormen voor het principeakkoord dat de Italiaanse premier Giorgia Meloni maandag heeft gesloten met haar Albanese collega Edi Rama.
Op grond daarvan kan Italië op Albanese bodem opvangcentra aanleggen voor illegale migranten, om daar vast te stellen wie recht heeft op politiek asiel en wie niet. Die laatsten moeten dan per omgaande worden teruggestuurd naar hun land van herkomst
Volgens Meloni kan dit model een voorbeeld voor Europa worden, terwijl technici sceptisch zijn en de oppositie spreekt van een goedkope propagandastunt.
Dit jaar kwamen vanuit Noord-Afrika over zee al 144.000 illegalen Italië binnen. De opvangcentra puilen uit en gemeenten en provincies tekenen steeds heftiger protest aan als zij een quotum migranten krijgen toegewezen. Italië dringt daarom al jaren aan op herziening van het Verdrag van Dublin van 1990, dat bepaalt dat het land van aankomst verantwoordelijk is voor de opvang van migranten. Zonder succes. Van de spreiding van een deel van de migranten over andere lidstaten komt evenmin iets terecht, ook omdat Meloni’s politieke vrienden in Polen en Hongarije er niks van willen weten. Afgelopen zomer leek Tunesië een oplossing te bieden, toen president Saied zich bereid verklaarde om in ruil voor financiële tegemoetkomingen de migratiestroom vanuit zijn land te stoppen. Maar een maand geleden trok hij zijn toezeggingen weer in.
Alleen mannen
Nu is Meloni’s hoop gericht op Albanië. Italië heeft goede politieke en handelsrelaties met het buurland, waarmee het al eens eerder een immigratieverdrag sloot. Dat was in 1997, toen tienduizenden Albanezen de Adriatische Zee overstaken om te ontkomen aan de crisis in hun land. De Italiaanse kustwacht kreeg permissie om in de Albanese territoriale wateren te patrouilleren en dat werkte.
Het nu gesloten akkoord is in zekere zin het omgekeerde daarvan. Italië mag in Albanië twee opvangcentra aanleggen voor door de kustwacht opgepikte migranten. In beide kampen is plaats voor 1500 mannen (vrouwen en kinderen worden wel naar Italië overgebracht), van wie binnen 28 dagen moet worden vastgesteld of zij recht hebben op politiek asiel, in welk geval zij in Italië terecht kunnen. In theorie kunnen zo 36.000 gevallen per jaar worden verwerkt.
Migratiedeskundigen betogen dat in de praktijk terugsturen van migranten alleen mogelijk is als er een akkoord bestaat met het land van herkomst, en dat is meestal niet het geval. Vorig jaar werd 60 procent van de asielaanvragen in Italië afgewezen, maar van de 29.000 uitzettingen werden er maar 2800 uitgevoerd.
Dat zal ook gelden voor de migranten in de Albanese kampen, waarschuwde premier Rama. „Als ze niet teruggestuurd kunnen worden, dan nemen jullie ze maar”, zei hij in een interview met het dagblad Il Fatto Quotidiano. Een specialist rekende op tv-zender Sky News voor, dat van de migranten in de Albanese kampen circa 35 procent asiel zal krijgen in Italië, terwijl de 60 procent bij wie repatriëring niet lukt, ook in Italië terechtkomt. Uiteindelijk wordt dan slechts 5 procent gerepatrieerd.