Muziek

Recensie: Eerste cd-box met orgelwerken Jean Langlais overtuigt niet

Piet van de Wege
13 October 2023 14:37Gewijzigd op 13 October 2023 14:52
beeld RD
beeld RD

Een enkele keer overkomt het je als recensent. Een notitieblok dat, op wat losse woorden en een enkele zin na, leeg blijft. Tot op een gegeven moment negatieve verbazing de overhand neemt, en er dienovereenkomstige woorden op papier verschijnen. Het gebeurde mij bij deze productie, een vijfdelige cd-box met orgelwerk van de Franse componist Jean Langlais (1907-1991), het begin van een integrale die drie boxen moet gaan omvatten.

Wie zou niet verwachtingsvol het luisteren aanvangen? Langlais, een man van grote naam en faam, die destijds vele hem bewonderende studenten trok, ook vanuit Nederland? De man van ”Te Deum”, van ”Incantation pour un Jour Saint”, maar voor mij bovenal de man van de lp uit 1974, met vijf lange, hartveroverende improvisaties vanuit de Sainte-Clotilde in Parijs, begeleid door een gulle hoestekst van Feike Asma.

Voor deze eerste box tekenen twee Italianen: Giorgio Benati, oud-leerling van Langlais, en Fausto Caporali. Ze kozen voor vier instrumenten in Italië, daterend van 1960 tot 2007. Zeker geen slechte instrumenten, maar letterlijk en figuurlijk ver bij het Parijse Cavaillé-Collorgel van Langlais zelf vandaan. Nooit benaderen ze de breedte en diepte daarvan, en dat is een deel van het probleem. Luister naar de paar iele tongwerkjes (de Cantilène uit de ”Suite Brève”), de vlakke fluitjes, en het besef dringt zich op dat het onmogelijk is een Italiaanse kat op z’n Frans te laten miauwen. Het spel van de organisten is aan de behoudende kant, qua tempo en expressie.

Grootste probleem is echter de muziek zelf. Vanaf het begin, met de ”Hommage à Frescobaldi” en de ”Suite Brève”, valt op hoe veel van Langlais’ muziek zich in slow motion beweegt. Dat beeld versterkt zich bij ”Talitha Koum” uit 1985, een cyclus over het dode meisje uit Markus 5. Het is een reeks devote meditaties in semistilstand, in een steeds herhaald patroon van traag verschuivende akkoorden in de linkerhand met een vrij bewegende, dunne stem rechts en losse pedaaltonen in de bas. Het is alsof de muziek desintegreert, uiteenvalt in de kleinst mogelijke elementen, zonder richting, zonder vitaliteit, zonder echte poëzie.

Naast de tergende traagheid die de muziek op de gehele tweede cd kenmerkt, met ”Expressions” (1988) en ”8 Preludes” (1984) als hoofdbestanddelen, springt een nogal ergerlijke naïviteit in het oor. Zo is ”Expression V” een vreemd versimpelde versie van Daquins beroemde ”Noël X”. Al met al tekent zich geleidelijk een demasqué af van een componist die zichzelf te serieus neemt. Als íemands werk niet gebaat lijkt bij een integrale, dan is het dat van Langlais.

Aan deze pijnlijke conclusie doen de resterende minuten van de ruim 397 die deze box biedt, niets meer af. ”Sempre adagio, sempre p – mp”, steeds langzaam, steeds zacht, zo is het devies. Monotonie ten top. Bij de klank van de twee harmoniums van Alexandre Père & Fils, in de ”24 Pièces pour harmonium ou orgue” uit 1934-1936, veer je even op: een prettig idioom, een heerlijke klank en goed, soms virtuoos spel. Maar de wankele traptechniek van Caporali leidt hier helaas letterlijk tot kortademigheid. Je verwacht het harmonium ook in de ”12 Petites Pièces pour orgue et harmonium”, maar helaas moet ”et” hier ”ou” zijn.

Wellicht gaan de komende cd’s positiever stemmen. Dit eerste vijftal laat de indruk achter van een componist van eindeloze reeksen ”petite pièces”, dolend in een gesloten universum met louter ijle lucht.

Jean Langlais, organ music, vol. 1 – Giorgio Benati en Fausto Caporali, organ; Brilliant Classics, 5-cd, 96877; € 23,99; bestellen: www.brilliantclassics.com

Prélude Grégorien (Langlais)
Dialogue sur les mixtures (Langlais)
Pasticcio (Langlais)
Noël avec variations (Langlais)
Meer over
Gedraaid

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer