Lahlah (GL-PvdA): aanpak bestaanszekerheid moet helemaal anders
De aanbevelingen van de commissie die het sociaal minimum heeft onderzocht, onderstrepen volgens Esmah Lahlah de noodzaak van een fundamenteel andere aanpak van bestaanszekerheid. Geen pleisters plakken maar mensen blijvend vooruit helpen, zegt de Tilburgse wethouder en nummer twee op de kandidatenlijst van GroenLinks-PvdA bij de komende Tweede Kamerverkiezingen in een gesprek met het ANP.
Gemeenten hebben volgens Lahlah de afgelopen jaren noodgedwongen een te grote rol in de bestrijding van armoede op zich genomen. Dat is nodig omdat de basis niet op orde is. „Wij zien gewoon dat inwoners tussen wal en schip vallen en aan het verdrinken zijn. Daarom hebben wij allerlei minimaregelingen opgetuigd om de gevolgen van armoede te dempen.”
Dat doen gemeenten „met alle goede bedoelingen”, benadrukt Lahlah, maar zij is het met de commissie eens dat dit niet nodig zou moeten zijn. „Het geeft natuurlijk een goed gevoel dat je een regeling hebt, of het nu is tegen energiearmoede of een kledingvoucher. Je hebt iets tastbaars gedaan. Maar het blijft pleisters plakken. En dat is niet waar je voor gaat. Je wil structureel mensen perspectief bieden.”
Deze „frustratie” is voor Lahlah aanleiding geweest om de overstap te wagen van de lokale naar de landelijke politiek. Zij wil het thema bestaanszekerheid, waar bij deze verkiezingen „gelukkig” veel aandacht voor is, als Tweede Kamerlid ook landelijk verder brengen. „Daarvoor moet je in Den Haag zijn.”
Om de oorzaken van armoede te doorbreken zijn structurele maatregelen nodig, zegt Lahlah. Haar partij heeft in het verkiezingsprogramma een forse verhoging opgenomen van het minimumloon en de daaraan gekoppelde uitkeringen. Maar ook het stelsel van inkomensondersteuning moet veel eenvoudiger. „Zodat mensen niet meer met allerlei verschillende toeslagen en regelingen hun inkomen bij elkaar moeten scharrelen. Alleen dat is al een dagtaak!”
GroenLinks-PvdA wil af van de Participatiewet, die hardvochtig is voor mensen die niet (kunnen) werken en bovendien in de uitvoering zwaar leunt op gemeenten. Er moet een wet Bestaanszekerheid voor in de plaats komen. De hervormingen die het demissionaire kabinet in gang heeft gezet, zijn volgens Lahlah niet genoeg. Dat zijn „reparaties in de marge”, en de wet is nog altijd „gestoeld op een wantrouwend mensbeeld”, vindt zij.