Dat blijkt uit recent onderzoek van het gezaghebbende Amerikaanse onderzoeksbureau Public Religion Research Institute (PRRI) uit Washington.

De meerderheid van de protestantse geestelijken (55 procent) in deze grote gevestigde kerken noemt zich progressief, terwijl slechts 22 procent van de voorgangers aangeeft conservatief te zijn. Dit staat in schril contrast met hun gemeenteleden. Daarvan zegt 43 procent conservatief te zijn; 23 procent omschrijft zichzelf als progressief. Ongeveer een derde van de blanke kerkgangers rekent zich tot de gematigden, terwijl van de predikanten 22 procent dat doet.

Homohuwelijk

Uit het PRRI-onderzoek blijkt bijvoorbeeld dat de meeste geestelijken in de grote gevestigde kerken de emancipatie van lhbti’ers (zoals lesbiennes, homo’s, biseksuelen en transgenders) verdedigt. Van deze groep predikanten is 90 procent voorstander van wetten die lhbti’ers begunstigen, terwijl 77 procent van hun leden dat doet.

Het homohuwelijk wordt door 79 procent van de voorgangers gesteund; 72 procent van hun kerkgangers volgt hen daarin. Bijna 70 procent van deze protestantse geestelijken is er tegenstander van dat mensen en bedrijven opdrachten weigeren voor bijvoorbeeld een homohuwelijk. Van de kerkgangers steunt echter 57 procent bakkers en bloemisten die geen werk aanvaarden van een homostel dat gaat trouwen.

Ook op gebied van abortus lijkt dit verschil te bestaan. Het besluit van het hooggerechtshof waardoor het landelijk recht op zwangerschapsafbreking is vernietigd, wordt slechts door 27 procent van de predikanten van de mainline kerken gesteund. Die uitspraak krijgt daarentegen instemming van 67 procent van de gemeenteleden.

Politiek

Volgens het PRRI hebben de predikanten van de grote kerken meer sympathie voor de Democratische dan voor de Republikeinse Partij. Ongeveer de helft van de voorgangers zegt Democraat te zijn, terwijl slechts 14 procent van de predikanten onomwonden verklaart lid van de Republikeinse Partij te zijn. Ruim een op de vier voorgangers identificeert zich als onafhankelijk (28 procent).

Het beeld bij gemeenteleden is anders. PRRI stelt in het rapport dat protestantse kerkgangers zich vaker als Republikein (36 procent) of onafhankelijk (35 procent) profileren. Een op de vier kerkgangers noemt zich Democraat.

Een opvallende conclusie uit het PPRI-rapport is dat maar liefst 44 procent van de predikanten in de gevestigde kerken overweegt van kerk te veranderen. Volgens de onderzoekers doen zij dat omdat ze conservatiever zijn dan de meerderheid en ongelukkig zijn met de linkse tendensen binnen hun kerk.