’Folders over vaccinatie kinderen niet uitgedeeld’
Ruim de helft van de jeugdgezondheidsmedewerkers deelt de nieuwe voorlichtingsfolders over de vaccinatie van kinderen niet uit aan de ouders. De nieuwe folders zijn bedoeld om ouders beter te informeren over de voordelen en risico’s van het vaccinatieprogramma van de overheid.
Hoewel alle consultatiebureaus het nieuwe voorlichtingsmateriaal hebben gekregen, kennen lang niet alle medewerkers de nieuwe folders, blijkt uit een maandag gepubliceerde studie van onderzoeksbureau Nivel.
Medewerkers die de folders wel kennen, verspreiden ze meestal niet actief, maar zetten ze bijvoorbeeld in de wachtkamer neer, of geven ze alleen mee als ouders om informatie vragen. De ondervraagde hulpverleners stellen zelf voor het voorlichtingsmateriaal al veel eerder aan ouders te geven. Bijvoorbeeld via de verloskundige, of tijdens zwangerschapscursussen.
Hoewel Nederland een vrij hoge vaccinatiegraad kent (95 procent van alle kinderen is ingeënt), constateert de Inspectie voor de Gezondheidszorg de laatste jaren een daling van ongeveer 1 procent bij zuigelingen. De inspectie vermoedt dat dit komt, omdat ouders niet meer uit eigen ervaring weten hoe ernstig de ziektes kunnen zijn waartegen hun kinderen worden ingeënt. Een andere reden kan zijn dat ze de bijwerkingen van de vaccinaties overschatten. Voorlichting zou dergelijke angsten juist moeten wegnemen.
Jaarlijks worden in het kader van het zogenoemde Rijksvaccinatieprogramma ongeveer 800.000 kinderen tussen de nul en negen jaar ingeënt. In totaal gaat het om ongeveer twee miljoen vaccinaties per jaar tegen ziekten als difterie, rodehond, kinkhoest, tetanus, polio, bof en mazelen. De inentingen zijn gratis en niet verplicht.