Recessie dichtbij, maar tegelijk is economie oververhit
Verkeert Nederland in een recessie of veert de economie op? Woensdag horen we het, als het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) verslag doet over de gang van zaken in het tweede kwartaal.
De drie maanden ervoor trad er krimp op. Het bruto binnenlands product (bbp) –de maatstaf voor hoeveel we met z’n allen produceren of, daaraan gelijk, hoeveel we verdienen– daalde ten opzichte van de omvang in het laatste deel van 2022 met 0,3 procent. Vooral een verzwakking van de uitvoer van goederen droeg daartoe bij. Volgens de gangbare definitie spreken we van een recessie bij twee achtereenvolgende perioden in het rood. We balanceren dus op het randje.
In ieder geval neemt de economie wat betreft de groei flink gas terug. In de voorbije jaren toonde zij tegen een stootje te kunnen. Tegenslagen lieten geen blijvende schade achter. Zij herstelde sterk na de lockdowns en alle verstoringen die samenhingen met corona. De oorlog in Oekraïne en de energiecrisis kregen weinig vat op de bedrijvigheid. Het kabinet smeet met tientallen miljarden aan steun om ondernemers door de pandemie te slepen en stutte met een energietoeslag de koopkracht van de burger toen de gasprijs explodeerde. Na heftige ups en downs resulteerde over 2021 een expansie van 6,2 procent en over 2022 van 4,3 procent over 2022. Zulke niveaus zijn uitzonderlijk en liggen onder een weer meer genormaliseerde situatie niet in het verschiet.
Signalen
De afgelopen tijd hebben we tal van signalen zien langskomen die duiden op verslechterende omstandigheden. Zo kampt de industriële sector met zwaar weer. De productie van zeg maar de maakbedrijven vertoont, onder invloed van teruglopende orders, al maanden achtereen een dalende lijn en de inkoopmanagers zijn pessimistisch over de verdere vooruitzichten.
Heel belangrijk is wat er om ons heen gebeurt. Ook dat beeld stemt niet vrolijk. De wereldhandel zwakt af. De Amerikaanse economie blijft redelijk draaien, maar China, qua grootte de nummer twee, heeft het moeilijk en stimuleert de consumentenbestedingen omdat de prestaties achterblijven bij de verwachtingen. Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) heeft de prognoses voor diverse landen en regio’s neerwaarts aangepast.
In Duitsland hapert de motor. De eurozone als geheel leek aanvankelijk in een recessie te zijn geraakt, maar het Europese statistiekbureau stelde de meting over het eerste kwartaal later bij van min 0,1 naar 0,0. Het recent gepubliceerde voorlopige cijfer over het tweede kwartaal zorgde weer eens voor een opsteker: een plus van 0,3 procent.
De minder florissante ontwikkeling van de groei valt mede te verklaren door de overal stijgende rente. Jarenlang was geld nagenoeg gratis, maar dat is sinds begin 2022 snel veranderd. De effecten van die omslag worden duidelijk zichtbaar. Bedrijven gaan minder lenen, hogere financieringslasten zetten een rem op de investeringen, projecten worden minder rendabel. Banken stellen ook strengere eisen aan hun klanten, uit vrees dat die in betalingsproblemen raken. De financiële instellingen in het eurogebied noteerden in april tot en met juni de grootste afname van de vraag naar krediet in tenminste twintig jaar. Dat past overigens precies bij wat de Europese Centrale Bank (ECB) met zijn agressieve verkrapping van het monetaire beleid beoogt: afkoeling van de economie om de inflatie de kop in te drukken. Een geringere vraag naar producten en diensten moet de opwaartse druk op de prijzen een halt toeroepen.
Mild
Weet Nederland woensdag in positieve zin te verrassen of laat de groei het afweten? Bij het laatste zal het voorlopig gaan om slechts een milde of, zoals het meestal wordt aangeduid, technische recessie. Want de recessie mag dan weliswaar dichtbij zijn, zo voelt het zeker niet. Bij dat begrip denken we immers meestal aan een ernstige economische inzinking, aan faillissementen, bedrijfssluitingen, ontslaggolven, werkloosheid, onzekerheid over behoud van banen en consumenten die daarom de hand op de knip houden. Op dit moment merken we echter niets van dat alles. Integendeel, de huidige stand van de conjunctuur kenmerkt zich eerder door oververhitting.
De hardnekkige inflatie, de versnelling van de loonstijgingen en met name de enorme krapte op de arbeidsmarkt geven daar uitdrukking aan. Wij zoeken collega’s: je hoort en ziet het overal. Ondernemingen hebben dringend behoefte aan personeel, maar kunnen geen mensen vinden. Als het even wat minder gaat, zullen zij niet snel werknemers wegsturen, want waar vind je straks weer nieuwe? Tegen die achtergrond is een afkoeling van de economie, zoals we die nu beleven, zeker geen drama, maar eerder een welkome ontwikkeling. Hoe het ook uitpakt, het lijkt er niet op dat het CBS woensdag echt slecht nieuws voor ons in petto heeft.