IJM in opspraak over agressieve uithuisplaatsingen in Ghana
Een reddingsactie van tot slaafgemaakte kinderen in Ghana bleek uiteindelijk toch meer weg te hebben van een nachtelijke ontvoering uit hun eigen dorp. Dit onthulde BBC Africa Eye maandag over reddingsmissies van antislavernijorganisatie International Justice Mission (IJM) in samenwerking met de Ghanese politie. Fatima (11): „Ik dacht dat ze ons meenamen om te vermoorden.”
BBC Africa Eye besloot undercover te gaan bij de christelijke Amerikaanse goededoelenorganisatie nadat zij verhalen hoorden over reddingsacties van de politie en IJM zonder duidelijk bewijs van kinderhandel en -slavernij.
IJM werkt wereldwijd aan het bevrijden van mensen uit moderne slavernij. In Ghana stellen zij zich tot doel om kinderen te redden uit moderne slavernij aan het Voltameer. Hier werken kinderen dagenlang in de visserij, terwijl zij naar school horen te gaan volgens de Ghanese wet. Sinds 2015 ondersteunt IJM de lokale politie met onderzoek naar gevallen van moderne slavernij.
Dit gaat niet altijd goed, zo blijkt uit het onderzoeksartikel en documentaire van de BBC. Zij vonden bewijs dat IJM missers maakt bij het identificeren van kinderen die slachtoffer zijn van moderne slavernij. Met traumatische gevolgen voor de families, waar de kinderen plotseling worden weggehaald, en in één ander geval een moeder die onterecht werd vastgezet vanwege mensenhandel van haar eigen kinderen. IJM verklaart dat het BBC-artikel „geen recht doet aan het werk van IJM in Ghana.”
Operatie Hilltop
Op 6 september 2022 valt de politie met ondersteuning van IJM een klein afgelegen dorpje binnen. Zij gaan vier kinderen ‘redden’ die bij hun grootouders leven. Onder de codenaam ”Hilltop” worden vier kinderen, onder wie Fatima (11), uit bed gehaald en meegenomen naar een opvanglocatie. „Ik dacht dat ze ons meenamen om ons te vermoorden”, zegt Fatima tegen BBC. Volgens dorpsbewoners werd hen niet verteld waar de kinderen heengingen en bedreigde de politie de dorpsbewoners met vuurwapens. Vier maanden was Fatima weg bij haar familie, maar na onderzoek van de Ghanese sociale dienst bleek dat zij en de andere drie kinderen geen slachtoffer waren van mensenhandel.
In een verklaring laat IJM weten dat zij tijdens de reddingsmissie geen vuurwapens hebben gezien, maar zij waren wel op de hoogte van welke kinderen werden weggehaald. Dit is ook te zien aan de appjes waar de BBC over beschikt, waarin God wordt geprezen na de bevrijdingsmissie. In hun verklaring laat IJM weten dat zij altijd transparant met de politie hebben gecommuniceerd. En dat zij maar bij één van deze vier kinderen het vermoeden hadden dat er sprake was van moderne slavernij, vervolgens heeft de politie zelf verder onderzoek gedaan naar de zaak.
De reddingsactie Hilltop vond plaats in een klein gehucht van amper tien huizen in de omgeving van het Voltameer. Dit is volgens IJM een plek waar veel kinderarbeid voorkomt. Uit hun eigen onderzoek blijkt dat de helft van de kinderen aan het Voltameer wordt uitgebuit. Andere onderzoeken laten niet zulke hoge cijfers zien, maar uit onderzoek van de Ghanese overheid blijkt wel dat er kinderarbeid plaatsvindt langs het meer.
Het Voltameer houdt arme vissersgemeenschappen in leven. Kinderen worden vaak ingezet als goedkope arbeidskrachten. „Maar soms worden ze ook verhandeld en dan moeten zij werken onder een ‘bootmeester’, die de kinderen amper verzorgt en twaalf tot achttien uur per dag laat werken”, vertelt West-Afrikacoördinator van IJM Anita Budu via videoverbinding vanuit Accra.
Criminoloog Samuel Okyere van de Universiteit van Nottingham wijst in een artikel bij Al Jazeera juist naar de ‘bootmeester’ als een onderdeel van de Ghanese viscultuur. „Buitenstaanders die niet bekend zijn met deze sociale structuur kunnen de aanblik van een kind in een boot met een volwassene ten onrechte vertalen als een kind dat wordt uitgebuit”, schrijft hij. Veel arme ouders treffen regelingen met vissers wat betreft hun kinderen.
„De beschuldigingen van kinderhandel en -slavernij, die meestal worden geuit door in het Westen gevestigde of gefinancierde journalisten en goede doelen met hulp van lokale filialen, weerspiegelen een beperkt begrip van de geleefde realiteit op eilanden en gemeenschappen langs het meer.” Volgens Okyere leren deze kinderen een vak, zodat zij –als zij volwassen zijn– zelfvoorzienende vissers worden ‘en op hun beurt ook andere kinderen en jongeren opleiden’.
Moderne slavernij
Budu is zichtbaar onthutst dat het werk van IJM in twijfel wordt getrokken. Zelf is zij ook opgegroeid in Ghana en ziet de praktijken rondom het meer wel degelijk als uitbuiting en slavernij. IJM heeft een duidelijke werkwijze en doet grondig onderzoek voordat zij tot actie overgaan, vertelt zij. Lokale medewerkers identificeren kinderen die het slachtoffer zijn van mensenhandel, daarna wordt er verder onderzoek gedaan door de organisatie. Als zij zeker zijn of een vermoeden hebben van mensenhandel en moderne slavernij, dragen zij het verdere onderzoek over aan de Ghanese politie en ondersteunen hen waar nodig. In dit geval heeft IJM aangegeven dat zij niet zeker waren over de situatie van drie van de vier kinderen.
Het artikel en documentaire laten de impact zien van een mislukte reddingsactie. De opa van de kinderen raakte in shock en overleed een paar dagen later. Fatima is als enige kind teruggeplaatst bij haar oma in het dorp. De andere kinderen kwamen niet meer terug omdat de vaders besloten dat zij beter in tehuizen konden wonen.
De gemeenschap is arm. De families hebben het zwaar en laten regelmatig hun kinderen (mee)werken in de visserij. De lokale politicus Betty Mensah zegt dat dit soort acties van de politie en IJM een manier is om armoede te criminaliseren. En de lokale schoolmeester verhaalt tegen de BBC dat „kinderen nu niet meer naar school durven omdat zij bang zijn dat ze ook ineens worden opgehaald”. De impact op de gemeenschap is groot.
Moeder in gevangenis
In een andere situatie die de BBC beschrijft werd Mawusi Amlade twee jaar vastgezet nadat haar kinderen na onderzoek van IJM waren weggehaald door de politie. „Ik had geen idee waar mijn kinderen naartoe waren gebracht, ik bleef aan hen denken”, vertelt zij de BBC-verslaggevers. Twee jaar later wordt zij door een zusterorganisatie van IJM, –Sudreau Global Justice Institute– juist uit de gevangenis gehaald.
Door de publicaties ligt het werk van Anita Budu en haar team onder een internationaal vergrootglas. Ze werkt sinds 2015 voor de organisatie IJM en gelooft in de missie. „Anders zou ik hier niet zitten.” Ze heeft er al een lange dag opzitten van journalisten die vanuit overal in de wereld om een verklaring vragen voor de misstanden die maandagochtend aan het licht kwamen. „Wij werken in complexe situaties. En de voorbeelden die zijn beschreven in het BBC-artikel zijn niet representatief voor het werk dat wij doen.” Ze erkent wel dat zij betrokken waren bij het onderzoek naar de kinderen.
„Wat het ingewikkeld maakt is dat in Ghana een informeel familiesysteem bestaat. Dit houdt in dat bijvoorbeeld ooms of tantes kinderen regelmatig meenemen naar de stad om met hen te leven. Op deze manier worden de ouders, als zij in armoede leven, ontlast en krijgt het kind de kans om naar school te gaan. Dit is heel gebruikelijk. Maar hierdoor zie je ook dat kinderen soms in hele nare situaties terechtkomen door toedoen van hun eigen familie. Zij worden door hen ingezet om eindeloos te werken.”
Dit ziet Budu vooral bij het Voltameer. „Ik ken verhalen van kinderen die gewoon in het water worden gegooid –„Zo, leer maar zwemmen”– en bijna de verdrinkingsdood sterven. De kinderen werken onder erbarmelijke omstandigheden. Een tijdje terug sprak ik nog een jongetje van zeven jaar die oprecht dacht dat zijn enige doel in dit leven was om te werken tot hij erbij neerviel.”
Als één van de redenen voor de missers noemt de BBC dat IJM werkt met targets voor het redden van kinderen. Tegen de undercover BBC-journalist is door een medewerker gezegd dat zij ontslagen kon worden als zij de targets niet zou halen. IJM erkent dat zij met targets werken, maar dat heeft volgens IJM alleen als doel om „te evalueren, leren en het werk effectiever te maken.” Zij wijzen er in hun verklaring op dat er „nog nooit een IJM-medewerker is ontslagen voor het niet halen van de doelstellingen voor slachtofferhulp”.
Targets
Hoogleraar Ontwikkelingsstudies Sara Kinsbergen van de Radboud Universiteit ziet de onzichtbare hand van de donor als ze het verhaal van de BBC leest. „Daarmee bedoel ik dat ze werken met targets, want ze willen inzicht geven over de resultaten van hun werk aan allerlei type donoren. Op deze manier kunnen zij zien waar hun geld terechtkomt en welke impact dat heeft.” Kinsbergen ziet dit bij veel van dit soort goededoelenorganisaties.
„Als je naar de jaarverslagen kijkt zie je een opsomming van getallen, geld en mensen. Ik neem het hen niet kwalijk. Zie maar eens te overleven in een overaanbod aan goede doelen. Maar ik zou wel tegen de donateur willen zeggen: niet elke verandering is in cijfers te vangen. Niet alle veranderingen zijn zichtbaar én duurzame veranderingen kosten tijd. Geef organisaties ademruimte zodat zij minder snel geneigd zijn om kinderen ‘s nachts uit hun bed te lichten. Geen idee of dit hier ook precies zo is gegaan, maar uit mijn eigen onderzoeken herken ik wel het competitiedenken. Want het donorgeld brengt macht met zich mee. Zuidelijke leiders denken nog al te vaak: wie betaalt, die bepaalt.”
De schrijnende situatie in het afgelegen Ghanese dorp is iets wat alle partijen betreuren. Kinsbergen hoopt vooral dat „deze verdrietige situatie” niet leidt tot meer „controledrang”. Zij noemt dit schijnveiligheid. „Laten we daar juist van wegblijven. Laat donoren meer uit vertrouwen geld geven, waardoor organisaties niet constant aan enorme verwachtingen hoeven te voldoen.”